e niet in de
groote bocht te nemen, begon Wronsky met den teugel te werken, en
spoedig kwam hij Machatin op de schuinsche hoogte voorbij. Wronsky
zag zijn met modder bespat gezicht, het scheen hem zelfs toe te
lachen. Wronsky was nu Machatin vooruit, maar hij bemerkte hem dicht
achter zich en hoorde voortdurend den gelijkmatigen hoefslag en het
korte, krachtige snuiven uit de neusgaten van Gladiator.
De beide naaste hindernissen, een gracht en een barriere, werden
zonder veel moeite overwonnen, maar Wronsky hoorde nu den hoefslag en
het snuiven achter zich naderen. Hij bestuurde Froe-Froe en voelde
met blijdschap, dat haar gang zich versnelde en Gladiators hoefslag
weer was als te voren.
Wronsky leidde nu den ren van het paard, zooals Kord hem had geraden en
hij zelf voornemens was geweest. Nu was hij van den uitslag zeker. Zijn
opgewondenheid, zijn blijdschap, zijn teederheid voor Froe-Froe werden
steeds grooter. Hij had gaarne eens omgezien, maar dat durfde hij niet,
en hij trachtte slechts zijn kalmte te vermeerderen en zijn paard niet
sterker aan te drijven, ten einde het den voorraad kracht te laten
behouden, waarover, zooals hij bemerkte, Gladiator nog beschikte. Er
bleef nu nog maar eene, doch de bezwaarlijkste hindernis over. Kon
hij deze te boven komen, dan was hij overwinnaar. Hij naderde de
barricade. Hij en Froe-Froe bemerkte haar te gelijk en oogenblikkelijk
beving hen dezelfde twijfel. Hij bemerkte de weifeling van zijn paard
aan diens ooren en hief reeds de karwats op, maar zag nog tijdig,
dat zijn twijfel ongegrond was. Froe-Froe verzamelde haar kracht
juist zooals hij het dacht en wenschte, verhief zich en de kracht
harer energie droeg haar ver over de gracht en in gelijken gang en
dezelfde snelheid, zonder veel inspanning, ging zij met rennen voort.
"Bravo, Wronsky!" hoorde hij uit een menschenhoop roepen; hij wist,
dat het lieden en kameraden uit zijn regiment waren, en hij meende
Jawschins stem te herkennen, maar hij zag hem niet. Hij luisterde
rugwaarts, wat achter hem geschiedde. "Overgesprongen!" dacht hij,
toen hij Gladiators hoefslagen weer achter zich hoorde.
Er bleef nu nog een natte gracht van twee meter breedte over. Wronsky
vestigde er zijn aandacht niet eens op; maar wenschende een zoo
groot mogelijken voorsprong te gewinnen, begon hij met de teugels
te werken en ze naar de maat op te heffen en weder op den hals van
het paard te laten dalen. Hij bemerkte dat Froe-Froe haar laatste
|