racht had zich te verheffen; het kwam haar nu voor,
dat deze wereld van kommer, van zieken en stervenden, waarin zij hier
geleefd had, beangstigend en nederdrukkend was; en de inspanning,
die zij had aangewend om die wereld lief te hebben, kwam haar nu
kwellend en pijnlijk voor; zij verlangde van hier weg te komen,
op reis te zijn, snel voorwaarts in de frissche lucht, terug naar
Rusland, naar Klekotok, waarheen ook Dolly met haar kinderen, zooals
zij uit haar brieven wist, was verhuisd.
Slechts haar liefde voor Warenka was niet verzwakt geworden. Toen
zij van elkander afscheid namen, drong Kitty haar, haar in Rusland
te bezoeken.
"Ik zal komen, als je getrouwd zijt." zeide Warenka.
"Ik zal nooit trouwen."
"Nu, dan kom ik ook nooit."
"Nu goed, dan zal ik trouwen, alleen opdat gij komt," antwoordde Kitty.
De voorspelling van den dokter was vervuld; Kitty keerde geheel
genezen terug. Zij was niet meer zoo zorgeloos en vroolijk als te
voren, maar zij was kalm en rustig. De Moskousche kommer en smart
was voor haar een bloote herinnering geworden.
VI.
Stipan Arkadiewitsch Oblonsky was naar Petersburg afgereisd
en vertoefde daar nu om de plichten te vervuilen, die voor alle
staatsbeambten van zelf spreken, maar voor anderen onbegrijpelijk zijn,
en zonder welker vervulling het onmogelijk is ambtenaar te wezen,
namelijk zich bij het ministerie in herinnering te houden. Terwijl
hij tot vervulling van dezen plicht, waarvoor hij al het geld uit
het huis had medegenomen, zijn tijd lustig bij de wedrennen en in
do zomercafe's doorbracht, verhuisde Dolly met de kinderen naar hun
landgoed om de uitgaven zooveel mogelijk te beperken. Hun landgoed
Klekotok, dat zij als huwelijksgift had medegekregen, hetzelfde welks
houtgewas in het voorjaar was verkocht, lag ongeveer vijftig werst
van Lewins Pokrowskaja verwijderd.
Het groote heerenhuis van Klekotok was reeds jaren geleden afgebrand en
de oude graat had daarvoor het bij de boerderij behoorend gebouw laten
vergrooten en tot woonhuis inrichten. Voor twintig jaren had het Dolly
doelmatig en ruim toegeschenen, maar nu was het oud en vervallen. Toen
Stipan in het voorjaar daarheen was gegaan om het bosch te verkoopen,
had Dolly hem gedrongen het huis eens op te nemen en de noodige
herstellingen te laten doen. Hij was, zooals alle schuldige mannen,
gaarne bereid zijn vrouw alle gemakken te verschaffen en had het
huis onderzocht en maatregelen voor alle naar zij
|