FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  
angstig haar aankijkend en betastend, eindelijk overtuigd was dat haar niets geen leed was overkomen, toen barstte hij als een kind in tranen uit, en trok haar smeekend met zich mee, verre van den akeligen wagen, waar al de anderen nu in angstig druk gepraat omheen stonden. Gedwee volgde zij hem, nu ook ineens ontspannen na de heftige emotie, tranen van zachte herleving weenend, heel zacht tegen hem aangedrukt die plotseling als haar redder was verschenen, en haar nu zijn leven lang beminnen en beschermen zou. Zij kwamen door 't vertrapte koren en de klaver op den landweg, en zonder op de anderen te wachten gingen zij vooruit, in de richting van de hoeve. Hij ondervroeg haar nu met angstige, teedere bezorgdheid; hoe of 't gekomen was? waarom zij ook niet uit den wagen was gesprongen? en of zij niet gedacht had dat haar laatste oogenblik gekomen was toen de wilde paarden met haar door en over alles heen wegholden? Zij wist het niet meer, zij kon niet antwoorden. Alles was zoo bliksemsnel gegaan; alleen ja, dat wist ze: dat ze nooit gedacht had levend er van daan te komen. De paarden waren door den donderslag geschrokken, maar Smul had er toch ook wel schuld aan: hij had zijn beesten heel den dag zoo wild en woest gejaagd en opgezweept. "En wat dee Smul as de woagen eindelijk in 't keuren stille stond?" vroeg hij plotseling. "Hij..." ze wou het zeggen, maar een plotselinge intuitie deed haar zwijgen. Smul was een dierlijke woestaard, maar hij was sterk en moedig, en zijn onverschrokken koenheid had haar wellicht het leven gered. Zij was bang, doodsbang voor hem geweest als voor een moordenaar; maar haar angst en toorn waren over en iets zei haar dat zij hem nu niet te zwaar beschuldigen mocht. "Hij he zijn peirden wried geschupt en geslegen," antwoordde zij. Hij liet haar los en zij liepen een poosje zwijgend door, als 't ware elk in zijn eigen gedachten. De duisternis was bijna gansch gevallen en het onweer trok af, maar aan den grauwen horizon flitsten nog bij tusschenpoozen scherp-zigzaggende weerlichten, die dan voor een oogenblik den blonden landweg met zijn kronkelende wagensporen, de neerbuigende natte korenakkers, de malsche groene en paarse klavervelden zoo scherp en helder als bij klaren dag verlichtten. De lucht was heerlijk frisch geworden en de verre donder bromde slechts heel lang na elken bliksemstraal, in doffe trillingen zwaardreigend over andere gewesten. Toen nam hij eindelijk heel zach
PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  



Top keywords:
eindelijk
 

gedacht

 

plotseling

 
angstig
 
gekomen
 
paarden
 

landweg

 

oogenblik

 

scherp

 

tranen


anderen
 
intuitie
 

plotselinge

 

peirden

 

geslegen

 

zeggen

 

antwoordde

 

geschupt

 

beschuldigen

 

koenheid


moordenaar
 

geweest

 

doodsbang

 
wellicht
 

onverschrokken

 
moedig
 
zwijgen
 

woestaard

 

dierlijke

 

duisternis


groene

 

malsche

 
paarse
 
trillingen
 

klavervelden

 
korenakkers
 

kronkelende

 

zwaardreigend

 

wagensporen

 

neerbuigende


helder

 

klaren

 
geworden
 

donder

 
bromde
 
slechts
 

frisch

 

bliksemstraal

 
verlichtten
 

heerlijk