FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178  
179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196   197   198   199   200   201   202   203   >>   >|  
telheid en vermaken, deel te nemen aan het geestelijk leven van hun tijd. Zij liepen college, schilderden, schreven romans, memoires en tragedies, deden aan wetenschap en aan politiek. Vele hunner waren begaafd, alle waren pretentieus, ijdel en eerzuchtig; zij zochten verstrooiing, vervulling van hun leeg gemoed, of ijdelen roem. De vrouwen van dit soort stonden Rousseau voor den geest, toen hij de uitspraak deed dat "de geleerde vrouw haars mans roede is." De geestige blauwkous en mooi-pratende salondame was hem hartgrondig antipatiek en in zijn oogen een soort van monster. De opvoeding der vrouw, meende Rousseau, moest er op gericht zijn, om de natuurlijke schuchterheid en schroomvalligheid te bewaren, die deze geemancipeerde vrouwen hadden afgeworpen. Als meisje behoefde zij niet veel te leeren: aan den minnaar en echtgenoot viel de taak toe, haar slapende vermogens te wekken en haar de wereld van den geest--in zoover dit oorbaar was voor een vrouw--binnen te leiden. Maar een ding moest haar ingeprent worden van jeugd af aan: gehoorzaamheid, te buigen, te verdragen, zich niet te verzetten, niet te willen weerstaan. "De vrouw is geboren om toe te geven aan den man en zijn onrechtvaardigheden te dulden." En daar zij nimmer geheel aan zich zelve zou toebehooren, nooit onafhankelijk zou zijn, moest de opvoeding haar vormen om dwang te verdragen zonder inwendig tegenstreven, zonder wrok. Maar de gehoorzaamheid der vrouw stelde Rousseau zich niet voor als slaafsche onderworpenheid. Wel moet de man heersenen over de vrouw, maar de vrouw kan den man leiden, wanneer zij plooibaar en taktvol is en gebruik maakt van de wapenen der zwakken. "Haar bevelen zijn liefkoozingen, haar bedreigingen tranen." In de nauw-omsloten sfeer van het gezinsleven zal aan de vrouw in ruil voor de vrijheid en de heerschappij, waarvan zij afstand deed, een rijk opengaan van waardigheid, glimlachend overwicht en rustig-zekeren invloed, des te onfeilbaarder, hoe minder zij strijdt om de heerschappij. Het voortdurend samen zijn van mannen en vrouwen, zooals dat in de salons regel was, veroordeelde Rousseau uit zedelijk oogpunt. De natuurlijke ingetogenheid der vrouw, die hare eerbaarheid hoedde, moest daardoor verloren gaan. Om deze grootste schat en beste kracht van haar geslacht te behouden, behoorde de vrouw een teruggetrokken leven te leiden, vervuld met stille, vredige zorgen. Rousseau prees de zede der oude wereld van de vrouwen te isolee
PREV.   NEXT  
|<   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178  
179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196   197   198   199   200   201   202   203   >>   >|  



Top keywords:

Rousseau

 
vrouwen
 

leiden

 
wereld
 
opvoeding
 

natuurlijke

 

heerschappij

 

gehoorzaamheid

 
zonder
 
verdragen

omsloten
 

gezinsleven

 

tranen

 

liefkoozingen

 

bedreigingen

 

toebehooren

 

waarvan

 

onafhankelijk

 
vrijheid
 
bevelen

vormen

 

inwendig

 

stelde

 

heersenen

 

slaafsche

 

wanneer

 
plooibaar
 
wapenen
 

zwakken

 
onderworpenheid

gebruik

 
tegenstreven
 

afstand

 
taktvol
 
glimlachend
 

grootste

 
kracht
 

geslacht

 

eerbaarheid

 
hoedde

daardoor

 

verloren

 

behouden

 

behoorde

 

isolee

 

zorgen

 
vredige
 

teruggetrokken

 

vervuld

 

stille