ogstraat gevoerd worden; andere naar de Vischmarkt, om zoo den burg
van alle kanten met stormtuigen te omringen, en den Kerels, aangezien
hun klein getal, de verdediging onmogelijk te maken.
Niet lang daarna hoorde men, op de Markt en achter den burg, tusschen
het aanhitsend geroep der arbeiders, den fellen slag der hamers en het
snerpe geknars der schroeven, en zag men allengs de reusachtige
stormgewerken eenen herkennelijken vorm bekomen en hier en daar zich in
de hoogte verheffen. Ladders en schildpadden werden van de wagens
genomen en in verschillende richtingen rondom den burg gedragen.
In de aanpalende straten schikten de oversten hunne ridders en
wapenknechten in gelederen, gereed om vooruit te stormen en den wal te
beklimmen, zoohaast de Gentsche benden de ladders zouden hebben gerecht.
Men kon wel van verre bespeuren dat de Kerels binnen den burg, bij het
gezicht dezer ontzaglijke toebereidsels, niet ondadig bleven en als een
zwerm boven de muren over en weder krielden, met steenen en balken
sleurden, en overal achter de kanteelen lange speren en ijzeren haken en
klauwers aanbrachten, om den vijand van de ladders te smijten en den
storm af te slaan.
De zwarte rook, die op vele plaatsen boven den wal steeg, getuigde dat
het vuur onder de ketels met pek en olie reeds was ontstoken. Dat de
tegenstand hevig zou zijn, dit kon men daaruit besluiten dat zelfs een
tiental vrouwen zich achter de kanteelen vertoonden en daar, evenals de
mannen, druk aan het dragen van steenen arbeidden.
Kort na den middag was alles tot den aanval gereed.
Dan, op een bevel van den veldheer, dat door het geschal der bazuinen
werd herhaald, begonnen de Springhalen en Blijden van alle kanten
honderden groote pijlen en zware steenen over den muur in den burg te
werpen. Daarbij drongen nu insgelijks gansche scharen kruisboogschutters
vooruit, zoodat na weinig tijds, de lucht op de Markt en over den burg
door eene wolk pijlen, schichten en rotsbonken scheen verduisterd.
Al de Kerels waren van de wallen verdwenen of hielden zich achter de
kanteelen nauw verborgen. Inderdaad, geen enkel mensch kon boven den
muur van den burg van buiten zichtbaar worden of hij werd onmiddellijk
door een werptuig getroffen.
Deze geweldige beschieting werd meer dan een uur zonder verpoozing
voortgezet; en dewijl door haar het den Kerels onmogelijk was gemaakt
zich te verdedigen, konden de aanvoerders der ladders deze nader bij den
burg brengen en all
|