FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   326   327   328   329   330   331   332   333   334   335   336   337   338   339   340   341   342   343   344   345   346   347   348   349   350  
351   352   353   354   355   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   >>   >|  
och kostbare voorwerpen aan dien schat, onder anderen een drinkkelk van zeven marken gouds en een gedreven vat van eenentwintig marken zilvers. Wilt gij deze beide voorwerpen mij ter hand stellen, dan zal mher Baudewijn Van Aelst, zooals hij mij gelast heeft u te beloven, de voorwaarden der overgaaf aanvaarden en vervullen." De omstanders lieten een hevig gemor hooren en betuigden luid dat zij geen het minste vertrouwen meer in de beloften der Isegrims hadden en in deze boodschap niets zagen dan eene nieuwe poging tot verraad. In stede van zich daarover verwonderd of spijtig te toonen, haalde Walter Van Lillers twijfelend de schouders op, als wilde hij zeggen: "Dit raakt mij niet; gelooft er van wat gij wilt." "De voorwerpen door u aangeduid als ontbrekende, mher Walter", antwoordde de proost, "heb ik, omdat ze tot den dienst van 's graven kapelle werden gebezigd en dus de kerk zijn toegewijd, aan den pastoor-deken Helias gegeven, en hij heeft ze waarschijnlijk in St-Christoffelskapelle geborgen. Wil s' konings bode ze bezitten, hij vrage ze den deken." Maar Walter Van Lillers scheen weinig acht op deze uitlegging te slaan, en poogde door velerlei gebaren en oogwenken den proost te doen verstaan dat hij iets geheims aan hem alleen te veropenbaren had. Eindelijk herhaalde hij zijne vraag om beneden in de proostdij te worden geleid; men mocht hem eenen doek voor de oogen binden en hem dus beletten iets te zien. Eenige woorden slechts wenschte hij met den proost te verwisselen. Dan zou hij onmiddellijk naar mher Baudewijn Van Aelst terugkeeren, en hem boodschappen wat men hem aangaande den gouden kelk en het zilveren vat had gezegd. Op aandringen van Bertulf stemden de anderen toe. Mher Walter werd met eenen doek geblind en naar beneden geleid. Hier vatte de proost hem bij de hand, bracht hem in eene kamer, nam den doek van voor zijne oogen weg en vroeg: "Nu, mher Walter Van Lillers, welk geheim hebt gij mij mede te deelen?" "Luister, heer proost", zeide deze, "ik heb weinig tijds; want mijne gezellen, indien ik lang met u bleef, zouden mij mistrouwen Ik begin met u eenen raad te geven. Welke voorstellen tot overgaaf men u ook doe, verwerp ze hardnekkig: zij kunnen niets zijn dan bedrog. De koning van Frankrijk en al de ridders die in het beleg zijn, hebben gezworen dat de Erembalds tot den laatste toe den schrikkelijksten dood zullen sterven. Had onze veldheer niet met groote krachtdadigheid mher Baudewi
PREV.   NEXT  
|<   326   327   328   329   330   331   332   333   334   335   336   337   338   339   340   341   342   343   344   345   346   347   348   349   350  
351   352   353   354   355   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   >>   >|  



Top keywords:

Walter

 
proost
 
Lillers
 

voorwerpen

 
overgaaf
 
geleid
 

beneden

 

anderen

 

marken

 

weinig


Baudewijn

 

aandringen

 
stemden
 

Bertulf

 
geblind
 

slechts

 

beletten

 
Eenige
 

woorden

 

binden


proostdij

 

worden

 

wenschte

 

aangaande

 

gouden

 
zilveren
 

boodschappen

 

terugkeeren

 
verwisselen
 

onmiddellijk


gezegd

 

Frankrijk

 

koning

 

ridders

 
bedrog
 

kunnen

 

voorstellen

 

verwerp

 

hardnekkig

 
hebben

gezworen
 
veldheer
 

groote

 

krachtdadigheid

 

Baudewi

 

sterven

 

laatste

 

Erembalds

 
schrikkelijksten
 

zullen