FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159  
160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   >>   >|  
ering.... KROGSTAD. Jawel, jawel ... kort en goed: het is nu nog tijd, en ik geef u den raad uw invloed te gebruiken om het te verhinderen. NORA. Maar meneer Krogstad, ik heb volstrekt geen invloed. KROGSTAD. Zoo? Ik dacht dat u daar straks zelf zei.... NORA. Dat was natuurlijk zoo niet op te vatten. Ik! Hoe kan u gelooven dat ik zoo'n invloed op mijn man heb? KROGSTAD. O, ik ken uw man al van onzen studententijd af. Ik denk niet dat meneer de Bankdirecteur vaster in zijn schoenen staat dan andere getrouwde mannen. NORA. Als u geringschattend over mijn man spreekt, wijs ik u de deur. KROGSTAD. Mevrouw is dapper. NORA. Ik ben niet langer bang voor u. Na Nieuwjaar zal ik gauw van de heele geschiedenis af zijn. KROGSTAD (_zich beheerschend_). Luister nu eens, mevrouw. Als de nood aan den man komt, ben ik van plan een strijd op leven en dood te voeren om mijn postje aan de Bank te behouden. NORA. Ja, dat begint er heusch naar uit te zien. KROGSTAD. Het is niet alleen om het salaris; daar is het mij het minst om te doen. Maar er is iets anders.... Nou ja, ik zal 't maar zeggen. Ziet u, het is dit: u weet natuurlijk evengoed als iedereen dat ik mij, vele jaren geleden, aan een onbezonnenheid heb schuldig gemaakt. NORA. Ik geloof dat ik daar wel eens iets van gehoord heb. KROGSTAD. De zaak is niet voor het gerecht gekomen; maar toch waren terstond alle wegen voor mij afgesloten, als 't ware. Zoo kwam ik er toe mij in te laten met het soort van zaken dat u weet. Iets moest ik wel aanpakken, en ik durf zeggen dat ik nog niet een van de slechtsten in mijn soort ben. Maar nu wil ik dien heelen boel aan kant doen. Mijn zoons beginnen groot te worden; om hunnentwil moet ik mijn best doen om zooveel mogelijk weer in de algemeene achting te rijzen. Dat postje bij de Bank was om zoo te zeggen de eerste sport op de ladder daartoe. En nu wil uw man mij van de ladder afschoppen, zoodat ik weer beneden in de modder kom te liggen. NORA. Maar, goede hemel, meneer Krogstad, het staat heusch niet in mijn macht om u te helpen. KROGSTAD. Dat komt eenvoudig omdat u niet wil. Maar ik bezit de middelen om u te dwingen. NORA. U wil toch niet aan mijn man gaan vertellen dat ik u geld schuldig ben? KROGSTAD. Hm; en als ik dat nu eens deed? NORA. Dat zou een schandelijke manier van doen zijn. (_Met tranen in haar stem_). Dat geheim dat mijn vreugde en mijn trots is, dat zou hij op zoo'n leelijke en plompe manier
PREV.   NEXT  
|<   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159  
160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   >>   >|  



Top keywords:
KROGSTAD
 

zeggen

 

invloed

 
meneer
 
heusch
 
schuldig
 

ladder

 

postje

 

manier

 

natuurlijk


Krogstad
 
heelen
 

gerecht

 

beginnen

 

afgesloten

 

gekomen

 

terstond

 

aanpakken

 

slechtsten

 

beneden


vertellen
 

dwingen

 

eenvoudig

 
middelen
 

schandelijke

 
leelijke
 
plompe
 

vreugde

 

geheim

 

tranen


helpen

 

achting

 
rijzen
 
eerste
 

algemeene

 
mogelijk
 

hunnentwil

 

zooveel

 

daartoe

 

liggen


modder

 

afschoppen

 
zoodat
 

worden

 
Bankdirecteur
 
vaster
 

schoenen

 

studententijd

 
andere
 

Mevrouw