FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165  
166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   >>   >|  
dat heb ik dikwijls genoeg ondervonden als advocaat. Bijna alle vroeg-verdorven menschen hebben leugenachtige moeders gehad. NORA. Waarom juist moeders? HELMER. Dat komt meestal van de moeders; maar ook van de vaders kunnen zij het natuurlijk overerven; dat weet ieder jurist. En toch heeft die Krogstad jarenlang thuis zijn eigen kinderen vergiftigd met leugens en comediespel; daarom noem ik hem moreel verworden. (_Steekt haar beide handen toe_). Daarom moet mijn kleine lieve Nora mij beloven niet meer voor hem te pleiten. Je hand er op. Nou, wat is dat nu? Geef mij je hand! Zie zoo. Afgedaan. Ik verzeker je dat het mij onmogelijk zou zijn met hem samen te werken; ik voel letterlijk en physiek onwelzijn in de nabijheid van zulke menschen. NORA (_trekt haar hand terug en gaat naar den anderen kant van den boom_). Wat is het hier warm! En ik heb nog zooveel te doen. HELMER (_staat op en neemt zijn papieren op_). Ja, ik moet ook zien dat ik dit nog een beetje doorkijk voor wij aan tafel gaan. Over je costuum zal ik ook denken. En iets om in een goud papiertje aan den boom te hangen heb ik misschien ook wel bij de hand. (_Legt zijn hand op haar hoofd_). O, jij, mijn eenig, lief zangvogeltje! (_Hij gaat in zijn kamer en sluit de deur achter zich_). NORA (_zachtjes, na eenig zwijgen_). Och wat! Het is niet waar. Het is onmogelijk. Het _moet_ onmogelijk zijn. DE KINDERMEID (_in de deur links_). De kleintjes vragen toch zoo, of ze bij Mama mogen komen. NORA. Neen ... neen ... neen ... laat ze niet hier komen! Toe, ga jij bij hen, Anna-Marie. DE KINDERMEID. Goed mevrouw. (_Sluit de deur_). NORA (_bleek van schrik_). Mijn lieve kleintjes slecht maken! Mijn huis vergiftigen? (_Korte pauze; dan heft zij het hoofd op_). Dat is niet waar. Dat kan nooit in der eeuwigheid waar zijn! EINDE VAN HET EERSTE BEDRIJF * * * * * TWEEDE BEDRIJF Zelfde kamer. In den hoek bij de piano staat de kerstboom, leeg geplukt, verfonfaaid en met afgebrande kaarsjes. Nora's hoed en mantel liggen op de sofa. Nora alleen in de kamer, loopt onrustig heen en weer; blijft ten slotte staan bij de sofa en neemt haar mantel op. * * * * * NORA (_laat haar mantel weer los_). Daar komt iemand! (_Luistert aan de deur_). Neen ... toch niet.... Natuurlijk... van daag komt er geen mensch, eersten kerstdag ... en morgen ook niet.... Maar misschi
PREV.   NEXT  
|<   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165  
166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   >>   >|  



Top keywords:
onmogelijk
 

mantel

 

moeders

 
BEDRIJF
 
HELMER
 
menschen
 

KINDERMEID

 

kleintjes

 

mevrouw

 

zangvogeltje


vragen
 
schrik
 

zachtjes

 

zwijgen

 

achter

 

alleen

 

onrustig

 

blijft

 

liggen

 

afgebrande


kaarsjes
 

morgen

 

Luistert

 
iemand
 

Natuurlijk

 
eersten
 
kerstdag
 

slotte

 

verfonfaaid

 

geplukt


mensch

 

eeuwigheid

 
vergiftigen
 
kerstboom
 

misschi

 
EERSTE
 

TWEEDE

 

Zelfde

 

slecht

 

vergiftigd


leugens

 

comediespel

 
daarom
 

kinderen

 
Krogstad
 
jarenlang
 

moreel

 

kleine

 
beloven
 

pleiten