FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196  
197   198   199   200   201   202   203   204   205   206   207   208   209   210   211   212   213   214   215   216   217   218   219   220   221   >>   >|  
ijkt naar binnen_). Wat ga je in de slaapkamer doen? NORA. Mijn maskeradepak uit doen. HELMER (_bij de open deur_). Ja, dat is goed; tracht tot rust en weer in evenwicht te komen, mijn arm verschrikt zangvogeltje. Rust maar eens lekker uit; ik heb breede vleugels om je mee te dekken (_loopt rond dichtbij de deur blijvend_). O, wat is ons huis toch gezellig en mooi, Nora. Hier ben je veilig; hier zal ik je houden als een opgejaagde duif, die ik ongedeerd uit de klauwen van een havik heb gered; ik zal je arm kloppend hartje wel tot kalmte brengen. Zoo zachtjes aan, Nora, geloof me maar. Morgen zal je alles al in een heel ander licht zien; al gauw zal alles weer net zijn als vroeger; ik zal je niet dikwijls meer behoeven te herhalen dat ik je vergeven heb; je zult zelf wel heel goed voelen dat ik het gedaan heb. Hoe ben je toch op het idee gekomen dat ik je verstooten zou of je ook maar iets verwijten? Och Noraatje, je kent het hart van een echten man nog niet. Er is voor een man zoo iets onbeschrijfelijk zoets en bevredigends in het gevoel dat hij zijn vrouw vergiffenis geschonken heeft, zoo van ganscher harte, zie je. Zij is daarmee om zoo te zeggen dubbel zijn eigendom geworden; hij heeft haar als 't ware op nieuw haar plaats in de wereld gegeven; zij is in zekeren zin nu zoowel zijn kind als zijn vrouw geworden. Zoo zal jij voortaan voor mij zijn, jij mijn klein hulpeloos wezentje. Wees maar niet bang, Nora, wees alleen maar openhartig tegen mij; ik zal zoowel je wil als je geweten zijn.... Wat is dat nu? Ben je niet naar bed gegaan? Heb je je verkleed? NORA (_in haar daagsche japon_). Ja, Torwald, ik heb mij verkleed. HELMER. Maar waarom, nu nog zoo laat?... NORA. Ik ga van nacht niet slapen. HELMER. Maar, lieve Nora.... NORA (_kijkt op de klok_). Het is nog niet zoo heel laat. Ga hier eens zitten, Torwald; wij hebben een heelen boel te bespreken (_zij gaat zitten aan den eenen kant van de tafel_). HELMER. Nora,... wat beteekent dat? Dat strakke gezicht.... NORA. Ga er bij zitten ... het zal lang duren. Ik heb veel met je te bepraten. HELMER (_gaat tegenover haar aan de tafel zitten_). Je maakt me angstig, Nora. En ik begrijp je niet. NORA. Neen, dat is het juist. Je begrijpt mij niet. En ik heb jou ook nooit begrepen ... voor van avond. Neen, je moet mij niet in de rede vallen. Je moet alleen maar luisteren. Dit is een afrekening, Torwald. HELMER. Hoe bedoel je dat? NORA (_na een kort zw
PREV.   NEXT  
|<   172   173   174   175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196  
197   198   199   200   201   202   203   204   205   206   207   208   209   210   211   212   213   214   215   216   217   218   219   220   221   >>   >|  



Top keywords:
HELMER
 

zitten

 

Torwald

 

zoowel

 

alleen

 

verkleed

 

geworden

 

plaats

 

daagsche

 
wezentje

zekeren

 

hulpeloos

 

voortaan

 

openhartig

 

wereld

 

geweten

 

gegeven

 
gegaan
 
begrijpt
 
begrijp

angstig

 

bepraten

 

tegenover

 

begrepen

 

bedoel

 

afrekening

 

vallen

 

luisteren

 
hebben
 

heelen


slapen
 
bespreken
 

strakke

 
gezicht
 
beteekent
 
waarom
 

veilig

 

houden

 
opgejaagde
 
gezellig

hartje
 

kalmte

 

brengen

 
zachtjes
 
kloppend
 

ongedeerd

 

klauwen

 

blijvend

 

dichtbij

 

tracht