FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153  
154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   >>   >|  
en reisje maken ... mogelijk wel naar de zee, die ik zoo graag nog eens terugzien wou! O ja, ja, het is toch maar verrukkelijk om te leven en gelukkig te zijn! (_Er wordt gebeld aan de voordeur_). MEVR. LINDE (_staat op_). Daar wordt gebeld; nu zal ik maar heengaan. NORA. Welneen, blijf maar; hier komt stellig niemand; het zal wel voor Torwald zijn.... DIENSTMEISJE (_in de deur_). Neemt u mij niet kwalijk, mevrouw ... maar hier is een heer die wil meneer de advocaat spreken. NORA. Meneer de directeur, meen je. DIENSTMEISJE. Jawel, mevrouw, meneer de directeur; maar ik wist niet ... omdat de dokter binnen is.... NORA. Wie is die meneer? Zaakwaarnemer KROGSTAD (_in de deur_). Ik ben het mevrouw. (_Mevr. Linde schrikt en gaat bij het raam staan_). NORA (_gaat hem een paar passen te gemoet; gespannen half-luid_). U? Wat beteekent dat? Waarover wou u mijn man spreken? KROGSTAD. Over bankzaken ... tot op zekere hoogte. Ik heb een klein postje bij de Hypotheekbank, en uw man wordt nu onze chef, naar ik hoor.... NORA. Het is dus over.... KROGSTAD. Over zaken, droge kantoorzaken, mevrouw; anders niets. NORA. Ja, wil u dan maar zoo goed zijn even in het kantoor te gaan. (_Groet onverschillig, terwijl zij de deur naar het portaal opendoet; dan gaat zij naar de kachel kijken_). MEVR. LINDE. Nora ... wie was die man? NORA. Dat is een zekere zaakwaarnemer Krogstad. MEVR. LINDE. Dus was hij het heusch! NORA. Ken je dien man? MEVR. LINDE. Ik heb hem gekend ... vele jaren geleden. Hij was een tijdlang zaakwaarnemer daarginder bij ons. NORA. Ja dat was hij ook. MEVR. LINDE. Wat is hij veranderd! NORA. Hij is heel ongelukkig getrouwd geweest. MEVR. LINDE. Nu is hij immers weduwnaar? NORA. Met een heeleboel kinderen. Zie zoo, nu vlamt het weer. (_Zij sluit de deur van de kachel en schuift den schommelstoel een beetje op zij_). MEVR. LINDE. Hij heeft allerlei zaken aan de hand, zeggen ze. NORA. Zoo? Ja dat kan wel zijn; ik weet er niet van ... maar laat ons nu niet aan zaken denken; dat is zoo vervelend. (_Dokter Rank komt uit Helmer's kamer_). DOKTER RANK (_nog in de deur_). Neen, neen zeg ik; ik wil je niet hinderen. Ik ga liever even binnen bij je vrouw. (_Sluit de deur en bemerkt mevr. Linde_). O, pardon; ik zie dat ik hier ook ongelegen kom. NORA. Welneen, heelemaal niet. (_Stelt voor_). Dokter Rank--Mevrouw Linde. RANK. Och zoo. Een naam die hier in huis dikwijls ge
PREV.   NEXT  
|<   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153  
154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   >>   >|  



Top keywords:
mevrouw
 

KROGSTAD

 

meneer

 
directeur
 
spreken
 
gebeld
 

binnen

 

Dokter

 

zekere

 

Welneen


zaakwaarnemer
 
DIENSTMEISJE
 

kachel

 

weduwnaar

 

immers

 

geweest

 

heeleboel

 

kinderen

 

daarginder

 

gekend


heusch
 

dikwijls

 

veranderd

 
ongelukkig
 

tijdlang

 
geleden
 
pardon
 

getrouwd

 

bemerkt

 

DOKTER


Helmer

 

vervelend

 
Krogstad
 
liever
 

hinderen

 
Mevrouw
 

denken

 

allerlei

 

zeggen

 

beetje


schuift

 

schommelstoel

 
heelemaal
 

ongelegen

 
Hypotheekbank
 
advocaat
 

Meneer

 

kwalijk

 
Torwald
 

schrikt