t zien voor van
avond!
HELMER. Zoo, zoo. Maar vertel me nu eens, jij kleine verspilster, wat
zou je nu zelf graag hebben?
NORA. O, ik? Ik geef eigenlijk nergens om.
HELMER. Jawel, dat doe je wel. Noem nu eens iets voor mijn beurs
beschikbaars dat je erg graag zoudt willen hebben.
NORA. Neen, ik weet 't heusch niet. Ja toch ... hoor eens, Torwald....
HELMER. Ja?
NORA (_speelt met de knoopen van zijn jas zonder hem aan te zien_). Als
je me dan volstrekt iets geven wilt, dan zou je ... zou je....
HELMER. Nou dan ... voor den dag er mee!...
NORA (_haastig_). Dan zou je mij geld kunnen geven, Torwald. Alleen maar
zoo veel als je denkt dat je missen kunt; dan zal ik er dezer dagen wel
eens wat voor koopen.
HELMER. Neen maar, Nora....
NORA. Och toe, doe het maar, Torwald-lief; ik wou het zoo heel graag.
Dan zal ik het geld in een mooi goud papiertje pakken en aan den
kerstboom hangen. Zal dat niet leuk zijn?
HELMER. Hoe noemen we ook weer iemand die zoo graag te veel geld
uitgeeft?
NORA. Jawel, een verspilstertje, dat weet ik nu wel. Maar laten wij het
nu zoo maar doen, Torwald; dan heb ik den tijd om eens te bedenken wat
ik het best kan gebruiken. Is dat nu niet heel verstandig? Zeg?
HELMER (_glimlachend_). Ja zeker ... dat wil zeggen, als je heusch dat
geld kon bewaren en er dan werkelijk iets voor je zelf van kocht. Maar
zoo wordt het toch weer in het huishouden en voor allerlei onnoodige
dingen gebruikt en dan moet ik later maar weer opdokken.
NORA. He toch, Torwald!
HELMER. 't Is niets anders, mijn lieve Noraatje. Mijn leeuwerikje is
allerliefst, maar het is een duur houbeestje. Niemand zou kunnen
gelooven dat het een man zooveel geld kost er zoo'n lief diertje op na
te houden.
NORA. He, hoe kan je dat nu zeggen? Ik spaar toch heusch zooveel ik maar
kan.
HELMER (_lacht_). Ja ... dat is een waar woord. Zooveel je maar kunt.
Maar je kunt het heelemaal niet!
NORA. Hm ... ja... je moest maar eens weten hoeveel uitgaven wij
leeuweriken en eekhorens hebben!
HELMER. Je bent een wonderlijk klein ding. Precies je vader. Je bent er
altijd op uit om aan geld te komen, maar zoo als je het hebt, glijdt het
je letterlijk door de vingers; je weet nooit wat je er mee uitvoert. Nou
... wij moeten je maar nemen zooals je bent. Dat zit in 't bloed. Ja
heusch, zoo iets is erfelijk.
NORA. Ik wou dat ik maar een heeleboel eigenschappen van Papa geerfd
had.
HELMER. En ik wou je niet graag ander
|