FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284  
285   286   287   288   289   290   291   292   293   294   295   296   297   298   299   300   301   302   303   304   305   306   307   308   309   >>   >|  
e wacht. --Legioenen? --Op wie anders kunnen de Romeinen zich verlaten? --Welke wapenen hebt gij? Niemand antwoordde. --Nu, zeide hij, wij zullen ons zoo goed mogelijk moeten verweren. Maar zou het niet verstandig zijn, als wij een aanvoerder kozen? De legioenen hebben er ook altijd een, en handelen daardoor eenparig. De Galileers staarden hem verbaasd aan, alsof zij van zoo iets nooit gehoord hadden. --Laat ons ten minste afspreken bij elkander te blijven, zeide hij. Ik ben gereed. Gijlieden ook? --Ja, laat ons gaan. De herberg, het zij hier even herinnerd, stond te Bezetha, de nieuwe stad, en om naar het Praetorium te gaan, zooals de Romeinen hoogdravend het paleis van Herodes op den berg Sion noemden, moesten onze vrienden de laaglanden ten noorden en westen van den Tempel oversteken. Na den heuvel Akra te zijn omgetrokken, bereikten zij den toren Mariamne. Vandaar was men in een paar minuten bij de groote poort van het paleis. Overal ontmoetten zij op hun weg lieden, die zich met hetzelfde doel hadden opgemaakt. Toen zij ten laatste de poort van het Praetorium bereikten, was de stoet van rabbijnen en Oudsten juist naar binnen gegaan met een groot gevolg achter zich, terwijl een nog grootere, luidruchtige menigte buiten wachtte. Een centurio bewaakte met een goed gewapende wacht den ingang. De zon wierp haar gloeiende stralen op de helmen en schilden der soldaten, maar bleven onbewegelijk staan, even onverschillig voor het oogenverblindend geflikker, als voor het gejoel der menigte. Door de openstaande bronzen poorten stroomden tal van burgers naar binnen, terwijl een veel kleiner getal er uit kwam. --Wat is er aan de hand? vraagde een Galileer aan een man, die naar buiten kwam. --Niets, antwoordde deze. De rabbi's staan voor de deur van het paleis en verlangen Pilatus te zien. Hij heeft geweigerd naar buiten te komen. Nu hebben zij hem doen weten, dat zij niet weg zullen gaan, voordat hij hen gehoord heeft. Zij wachten nog. --Laat ons naar binnen gaan, zeide Ben-Hur bedaard, want hij zag wat zijne eenvoudige makkers waarschijnlijk niet zagen--dat men hier niet alleen met een verschil tusschen de rabbi's en den procurator te doen had, maar dat het eene zaak was, waar een beslissing op moest volgen, en dat nu maar de vraag was wie zijn zin zou krijgen. Zij traden binnen en kwamen in een voorhof, aan weerszijden met boomen beplant en van banken voorzien. Zich rechts keerend ging het gez
PREV.   NEXT  
|<   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284  
285   286   287   288   289   290   291   292   293   294   295   296   297   298   299   300   301   302   303   304   305   306   307   308   309   >>   >|  



Top keywords:

binnen

 
paleis
 
buiten
 

hadden

 
gehoord
 
menigte
 

bereikten

 

terwijl

 

Praetorium

 

antwoordde


hebben

 

zullen

 
Romeinen
 

Pilatus

 
kunnen
 

verlangen

 

vraagde

 
anders
 

Galileer

 

burgers


bleven

 

onbewegelijk

 

verlaten

 

onverschillig

 

soldaten

 
stralen
 

helmen

 

schilden

 
wapenen
 

oogenverblindend


geflikker

 

kleiner

 

stroomden

 

poorten

 
gejoel
 

openstaande

 

bronzen

 

krijgen

 

traden

 
volgen

beslissing
 
kwamen
 

voorhof

 

rechts

 

keerend

 

voorzien

 

weerszijden

 

boomen

 
beplant
 

banken