icus, die geen critiek-machine is geworden, zou
niet zijn wijde aandoeningen van mede-lijden en mede-genieten de volle
heerschappij over zich hebben gelaten.... Het is dan ook mede daaraan,
dat de lezer het heeft te wijten, zoo hij hier het sausje missen moet,
zonder 't welk het gerecht van een Buysse-bespreking door een kok van
dezen tijd, die op z'n goeden naam gesteld is, niet mag worden
opgediend, het sausje, welks ingredienten bestaan uit 'n paar lepels
vaderlandsliefde van Buysse, liefst opgewogen tegen en goed vermengd met
die van Streuvels benevens wat droppeltjes goeie Hollandsche azijn
erover been....--Helaas, ik arme, ik kan er hem niet aan helpen. Maar
niettemin verwaardige hij zich dit zeer bescheiden schoteltje te
proeven.... Het smaakt alleen naar Buyssensche menschheidsliefde? Ik
ontken 't niet, maar zou dat ook niet voldoende kunnen [p.77] zijn? ...
En komaan, weg nu maar met deze keukenmeiden-beeldspraak. Ik zegge hem
slechts nog kort en goed tot besluit, dat als in toekomende tijden naar
de qualiteit der vaderlandsliefde van deze twee geniale artisten zelfs
geen vurigste Coq Gaulois meer kraaien zal, nog duizenden hen lievende
en in hun werken verdiepte lezers zullen getuigen: "Hoe hebben deze twee
de memchheid liefgehad." En is het niet deze liefde, waarop het voor de
literatuurcritiek op aankomt? Is het niet deze in tegenstelling met de
andere, die eene der maatstaven van haar oordeel moet zijn?
Febr. 1916.
* * * * *
[p.78] VICTOR IDO: DE PAUPERS
Roman uit de Indo-Europeesche samenleving
Het Realisme, eindelijk beu van de kosjere keuken, heeft zich breeduit
aan de Indische rijsttafel gezet. Anders gezeid: het Realisme--we
moesten eigenlijk van 'n soort Naturalisme spreken, maar dat tooverwoord
roept zoo machtige geesten op ...--na jarenlang het leergraag Hollandsch
publiek onderricht te hebben in wat 'n chochem, 'n sjlemiel, 'n souger,
enz. enz. is, heeft nu een cursus geopend in Totok en Indo, mata glap,
ronggeng, etc. Ons leeren is spelen, en loopt 't een beetje mee, dan
kunnen we zonder eenigen twijfel, zooals we vroeger in 'n wip de
moreinoe hebben gehaald, 't volgend jaar het Indisch
groot-ambtenaarsexamen doen. De Paupers althans behoort zeer zeker tot
de buitengemeen prettige leermeesters in al deze wetenswaardigheden,
want een gewoon-goed boek, een boek van gezonde middelmatigheid is het
ook. De schrijver slaagde erin, zoowel uitzonderlijk-n
|