FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131  
132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   >>   >|  
ong; en zelfs de kinderen huppelden dooreen aan het einde der schuur, even vroolijk en even uitgelaten als hunne ouders ... De dansers hadden tusschen al het gerucht der doedelzakken en der bommel niet gehoord dat een dravend paard voor de deur van het huis had stilgehouden ... maar nu klonk, eensklaps, boven het geluid der speeltuigen en boven de galmen hunner vroolijkheid, een machtige stem en de kwaad voorspellende roep: "Harop! Harop!" die aan elk het voorgevoel gaf van een onverwacht gevaar. De dans hield op; de mannen sprongen naar hunne zwaarden, die zij hier en daar op de houten bank hadden neergelegd; de vrouwen slaakten een angstgeschreeuw, de kinderen liepen te hoop in eenen hoek; maar allen hielden het oog naar de deur, waar nu een hoogstaltig man zich vertoonde. Bij zijne verschijning riep elkeen met verwondering: "Mher Burchard Knap!" Velen gingen naar hem toe om te vernemen waarom hij zoo onverwachts hunne hulp eischte; maar hij deed een teeken met de hand dat hij spreken wilde, stapte dan te midden der zaal, haalde uit zijne tasch eenen kleinen menschenvoet waaraan nog bloed kleefde en toonde dien met eenen pijnlijken spotlach op de lippen. Hij meende te spreken, doch de tranen borsten hem uit de oogen. Velen der omstanders waren bij het gezicht van den bebloeden voet teruggeweken; doch de smart van Burchard, wiens sterkmoedigheid zij kenden, deed hun voorgevoelen dat hem een groot ongeluk moest gebeurd zijn. Meer tot hem naderende, ondervroegen zij hem, ongeduldig en reeds in toorn ontvlammende. Burchard, door eene geweldige beweging der hand, wreef de tranen uit zijne oogen en zeide hun op heeschen toon: "Gezellen, ik ben doodelijk in het hart getroffen. Gij kent Eric, het schoone kind dat mij somtijds hier ter jacht vergezelde. Hoe dikwijls heeft hij de warme melk onder uw gastvrij dak gedronken! Gij hadt hem lief om zijne geestigheid. Ik beminde hem als mijnen zoon, niet slechts omdat hij het kind mijner zuster zaliger was, maar bovenal omdat het Kerlenbloed zoo zuiver door zijne aderen vloeide en er uit hem een wondersterke man moest groeien. Eilaas, mijn arme Eric! hij is dood, dit is zijn voet!" "Dood!" riepen al de omstanders. "De kleine Eric dood!" klaagden de vrouwen met opgeheven armen. "Wie? wie?" gromden de mannen. "De Isegrims!" antwoordde Burchard. Gedurende eene wijle tijds zag men niets dan vuisten wringen en zwaarden opsteken, hoorde men niets dan wraakkreten
PREV.   NEXT  
|<   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131  
132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   >>   >|  



Top keywords:
Burchard
 

mannen

 

zwaarden

 

tranen

 

omstanders

 

spreken

 

vrouwen

 

hadden

 

kinderen

 
doodelijk

hoorde

 
Gezellen
 

voorgevoelen

 
wraakkreten
 

Isegrims

 

gromden

 
schoone
 

antwoordde

 

getroffen

 
Gedurende

kenden
 

naderende

 
ondervroegen
 

ongeduldig

 

gebeurd

 
wringen
 

opsteken

 

vuisten

 

beweging

 

ontvlammende


ongeluk
 
geweldige
 

heeschen

 

slechts

 

sterkmoedigheid

 

beminde

 

mijnen

 

mijner

 
zuster
 

groeien


aderen

 
vloeide
 

Eilaas

 

zuiver

 

zaliger

 
bovenal
 

Kerlenbloed

 

geestigheid

 

vergezelde

 

dikwijls