et stuk in uwe handen. Als het geteekend is,
zend het mij dan, voordat de wedrennen beginnen. Ik heb een plaats vlak
bij den consul tegenover de Porta Pompae. Vrede zij u allen!
Hij boog en vertrok, onverschillig voor de spotternijen, die zij hem ten
besluite deden hooren.
Dienzelfden avond nog vloog het verhaal van de onzinnige weddenschap als
een loopende vuurtje door de stad. Ook Ben-Hur hoorde er van, met
bijvoeging, dat Messala's geheele fortuin op het spel stond. Hij had
zich met zijn vierspan ter rust begeven en nooit sliep hij beter dan
dien nacht.
* * * * *
TWAALFDE HOOFDSTUK.
DE CIRCUS.
De circus te Antiochie stond op den zuidelijken oever der rivier,
tegenover het eiland, en was wat den vorm betreft als andere gebouwen
van die soort. De spelen waren in vollen zin des woords een geschenk aan
het volk, dat wil zeggen: iedereen had vrijen toegang.
Lang voordat de deuren opengingen verzamelde zich in de naburige straten
een dichte menigte, want hoe groot en ruim het gebouw ook zijn mocht,
ieder wilde de eerste zijn, uit vrees dat hij geen plaats zou krijgen.
Nauwelijks was de morgenschemering aangebroken, of de toegang werd
geopend en het volk stroomde naar binnen, om bezit te nemen van de voor
hem bestemde plaatsen. Zij hadden hun ontbijt bij zich en brachten de
uren, die nog verloopen moesten, voordat de spelen begonnen, slapende en
etende door.
De meer aanzienlijken, die besproken plaatsen hadden, kwamen met de
eerste uren van den dag, en toen de zonnewijzer van de citadel de tweede
ure aangaf, daalde het garnizoen in volle wapenrusting en met vliegende
vanen van den berg Sulpius af. Toen de achterhoede over de brug verdween,
was Antiochie letterlijk leeggeloopen.
Die geen plaats hadden kunnen krijgen in den circus hadden zich naar de
rivier begeven, om den consul, die in het eiland-paleis logeerde, in
zijn fraaie bark te zien landen. Toen de groote man aan wal stapte werd
hem door het legioen de militaire eer bewezen, waarna de stoet den
circus binnentrok.
Met de derde ure kondigde trompetgeschal de opening van het feest aan.
Het rumoer verstomt. De oogen van meer dan honderdduizend menschen
vestigen zich in gespannen verwachting op een en hetzelfde punt, op de
Porta Pompae, waar de autoriteiten en kampspelers in feestelijken
optocht zullen binnenkomen.
Daar zijn zij. Eerst de koorzangers en muzikanten, dan de prefect en
het stedelijk bestuur, i
|