FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   377   378   379   380  
381   382   383   384   385   386   387   388   389   390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   400   401   402   403   404   405   >>   >|  
na te hebben kunnen buigen, en de loge bleef van dit oogenblik af ledig. Wronsky wist niet, wat er tusschen de Katawassow's en Anna voorgevallen was, maar zooveel was hem duidelijk, dat het iets vernederends voor Anna moest geweest zijn. Hij maakte dat op uit hetgeen hij gezien had en vooral uit het opgewonden gloeiend gelaat van Anna, die, dat wist hij, haar laatste krachten verzamelde om haar rol ten einde te spelen. En deze rol, uiterlijk kalm te schijnen, gelukte haar volkomen. Wie haar en haar omgeving niet kende en niet alle uitdrukkingen van medegevoel, ontsteltenis en verwondering van de zijde der vrouwen, dat zij het waagde zoo in dit opvallend kanten hoofdtooisel en met haar schoonheid openlijk voor de wereld te verschijnen, gehoord had,--die moest de kalmte en schoonheid dezer vrouw bewonderen en kon niet vermoeden, dat de gevoelens van een mensch, dien men aan den schandpaal stelt, haar ziel beroerden. Wronsky, die wist, dat er iets gebeurd was, maar niet wat, voelde een kwellende onrust, en in de hoop iets meer te vernemen, begaf hij zich naar de loge zijns broeders. Hij koos opzettelijk dien uitgang van het parterre, die zich tegenover Anna's plaats bevond en ontmoette hier zijn vroegeren regimentscommandant, die met twee bekenden sprak. Wronsky hoorde nog, hoe zij den naam Karenina uitspraken, en bemerkte, dat de commandant zich haastte, met beteekenisvollen blik op de sprekenden, luide Wronsky's naam te noemen. "Zoo, Wronsky! Wanneer kom je weer bij ons regement? Zonder een afscheidsfeestje kunnen we je toch niet ontslaan!" zeide hij. "Dat spijt me, maar ik heb nu geen tijd. Op een anderen keer!" antwoordde Wronsky en snelde den trap op naar de loge zijns broeders. Hier zat zijn moeder, de oude gravin, met haar stijve krullen. Warja was hem met prinses Sorakin op den corridor der beletage tegengekomen. Warja begeleidde de prinses naar haar moeder, toen gaf zij haar zwager een hand en begon dadelijk te spreken over 't geen hem belang inboezemde. Zij was zoo opgewonden, als hij haar nog nooit gezien had. "Ik vind dat gemeen en afschuwelijk en madame Katawassow had daar volstrekt geen recht toe. Madame Karenina," begon ze. "Nu? Wat dan"? Ik weet niets." "Hoe? Hebt ge 't in 't geheel niet gehoord?" "Je zult begrijpen, dat ik de laatste ben, die iets te hooren krijgt." "Is er wel een boosaardiger schepsel dan deze mevrouw Katawassow?"' "Wat heeft ze dan gedaan?" "Mijn man heeft mij
PREV.   NEXT  
|<   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   377   378   379   380  
381   382   383   384   385   386   387   388   389   390   391   392   393   394   395   396   397   398   399   400   401   402   403   404   405   >>   >|  



Top keywords:

Wronsky

 

Katawassow

 
gehoord
 

schoonheid

 

prinses

 

Karenina

 

moeder

 

broeders

 

gezien

 

opgewonden


kunnen

 
laatste
 
stijve
 

krullen

 
gravin
 

begeleidde

 

zwager

 

tegengekomen

 

beletage

 

Sorakin


corridor

 

snelde

 

ontslaan

 

afscheidsfeestje

 
regement
 

Zonder

 
anderen
 

antwoordde

 

voorgevallen

 

tusschen


begrijpen

 
hooren
 

geheel

 

krijgt

 

gedaan

 
mevrouw
 

boosaardiger

 
schepsel
 

hebben

 

inboezemde


belang

 

dadelijk

 
spreken
 

gemeen

 

Madame

 
buigen
 

volstrekt

 
afschuwelijk
 

madame

 

oogenblik