FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   251   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275  
276   277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   287   288   289   290   291   292   293   294   295   296   297   298   299   300   >>   >|  
huis der Tscherbatzky's. De inrijpoort was nog gesloten en alles sliep. Hij ging naar het hotel terug, in zijn kamer en bestelde de koffie. Hij beproefde te drinken en een kalatsch er bij te eten, maar dit laatste wilde niet gelukken. Hij trok zijn overjas aan en ging weer naar buiten. Hij wandelde door de straten, terwijl hij elk oogenblik naar de klok zag en blijmoedig naar alle zijden in het rond keek. Veel van hetgeen hij daarbij opmerkte, had hij vroeger niet gezien. Hoofdzakelijk de schoolkinderen, de grijze duiven, die van de daken op het plaveisel nedervlogen, de met meel bestrooide saiki's (een soort boterkoeken), dien een onzichtbare hand voor het uitstalvenster schoof--dit alles maakte indruk op hem. Deze saiki, twee schoolknapen en de duiven waren voor hem bekoorlijke voorwerpen. Een der knapen liep achter de duiven en keek Lewin lachend aan, de duiven klapten met de vleugels en vlogen weg, in de lucht zweefden enkele kleine sneeuwvlokjes, die glinsterden in de zon en uit de vensters stroomde de geur van verschgebakken brood. Alles was zoo schoon, dat Lewin bijna van blijdschap lachte en weende. Zoo had hij een geruimen tijd de straten doorgewandeld en eindelijk was het twaalf uur geworden. Hij nam een droschke en reed naar de Tscherbatzky's. De portier wist alles reeds volkomen. Dat was aan den glimlach te bespeuren, waarmede hij zeide: "U is in lang niet bij ons geweest, Constantin Dimitritsch." "Allen reeds opgestaan?" "Kom u binnen!" "Bij wien beveelt u, dat ik u aandien?" vroeg de bediende. Deze bediende was nog een jonge, praatzieke vlasbaard, maar toch een best mensch, die alles ook goed begreep. "Bij den vorst--bij de vorstin--bij de prinses"--antwoordde Lewin. De eerstvolgende persoon, die hij ontmoette, was mademoiselle Linon. Zij ging door de zaal en haar lokken en gezicht blonken. Hij wilde haar juist aanspreken, toen op dat oogenblik het geruisch van een kleed zich achter de deur liet hooren en mademoiselle Linon verdween uit zijn oogen. De blijde verwachting van zijn naderend geluk doortrilde hem. Mademoiselle haastte zich weg te komen en liet hem alleen. Nauwelijks was zij heengegaan, toen snelle, zeer snelle schreden op het parket werden gehoord en--zijn geluk, zijn leven, het beste deel van hem zelf naderde hem haastig, zeer haastig. Zij ging niet, zij vloog hem door een onzichtbare hand opgeheven te gemoet. Zij stond voor hem, hief haar armen op en sloot ze in elkander
PREV.   NEXT  
|<   251   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275  
276   277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   287   288   289   290   291   292   293   294   295   296   297   298   299   300   >>   >|  



Top keywords:

duiven

 

Tscherbatzky

 
mademoiselle
 

achter

 

bediende

 
onzichtbare
 
snelle
 
haastig
 

straten

 

oogenblik


beveelt
 

aandien

 

praatzieke

 
naderde
 
begreep
 
mensch
 
vlasbaard
 

gemoet

 

waarmede

 
bespeuren

glimlach

 

volkomen

 

opgeheven

 

binnen

 

opgestaan

 
geweest
 

Constantin

 

Dimitritsch

 

eerstvolgende

 

hooren


verdween

 

schreden

 
parket
 

werden

 

geruisch

 

heengegaan

 

Mademoiselle

 
haastte
 

doortrilde

 

Nauwelijks


blijde

 

verwachting

 

naderend

 

gehoord

 

aanspreken

 
persoon
 
ontmoette
 

alleen

 

antwoordde

 

vorstin