ij luisterden met blijdschap in het hart naar het lezen van het
hoofdstuk en het rollen der stem van den diaken bij de laatste woorden,
die zeer gewaardeerd werden door het vreemde publiek, dat ze met
ongeduld verwachtte. Zij dronken met vreugde den wijn met water,
die half warm in den beker was gegoten, en volgden bijna vroolijk
den priester toen hij hen rondom den lessenaar voerde, hun handen
in de zijne houdende. Tscherbatzky en Tschirikow volgden het paar,
eveneens glimlachend en telkens struikelende over den sleep van Kitty's
japon. De glans van vreugde, op Kitty's gelaat ontstaan, scheen zich
aan de aanwezigen mede te deelen. Lewin was overtuigd, dat de priester
en de diaken er evenzeer den indruk van ondergingen als hij.
Nadat de kransen waren afgenomen, las de priester de laatste gebeden
en wenschte het jonge paar geluk. Lewin zag Kitty aan en meende haar
nimmer zoo schoon gezien te hebben; het was de schoonheid van haar
jubelend innerlijk wezen, die haar bestraalde; hij wilde spreken,
maar hield zich stil, vreezende, dat de ceremonie nog niet was
geeindigd. De priester zeide hem zacht met een goedigen lach:
"Omhels uw vrouw, en gij, omhels uw man," en nam hem de kaarsen uit
de handen.
Lewin omhelsde zijn vrouw met omzichtigheid, nam haar arm en met den
nieuwen en vreemden indruk van geheel met haar te zijn vereenigd,
verliet hij de kerk. Hij had tot hiertoe niet gedacht aan de
werkelijkheid van al wat nu gebeurd was, en begon er eerst geloof
aan te slaan toen hun verwonderde en schuchtere blikken elkander
ontmoetten; hij besefte nu, dat zij nu wel werkelijk slechts een
geheel uitmaakten.
Denzelfden avond vertrokken de jonggehuwden naar het land.
XXV.
Wronsky en Anna reisden sedert drie maanden te zamen in het
buitenland; zij hadden Venetie, Rome en Napels bezocht en waren nu
in een kleine Italiaansche stad aangekomen, waar zij eenigen tijd
dachten te vertoeven.
Een statige maitre d'hotel met het haar vol pommade en in het midden
tot aan den nek toe gescheiden, met zwarten rok, breed voorhemd en
breloques, die op den ronden buik bengelden, antwoordde onverschillig,
met de handen in den zak, op de vragen, die een heer tot hem richtte.
Schreden op de trap aan den anderen kant van het perron deden den
schitterenden majordomus omkeeren, en toen hij den Russischen graaf
bemerkte, den huurder van het fraaiste appartement van het hotel,
trok hij de handen uit zijn zakken en eerbiedig buigende
|