en, tot een dame naast haar: "Dat
wordt zonderling!" En dadelijk gaven alle genoodigden hun verwondering
en ontevredenheid te kennen. Een der bruidsjonkers ging op tijding uit.
Gedurende dien tijd wachtte Kitty in haar witte japon, langen sluier
en den krans van oranjebloemen op het hoofd en in gezelschap harer
zuster Lwof en de assistent-moeder [11] in het salon te vergeefs,
dat de bruidsjonker de aankomst van haar bruidegom kwam berichten.
Van zijn zijde wandelde Lewin in zwarte pantalon, maar zonder vest of
jas de kamer van het hotel op en neder; telkens opende hij de deur
om in den corridor te zien, dan keerde hij ontstemd terug en wendde
zich met wanhopig gebaar tot Stipan Arkadiewitsch, die bedaard rookte.
"Heb je ooit iemand in ongerijmder toestand gezien?"
"Dat is waar," bevestigde Stipan Arkadiewitsch met zijn kalmen
glimlach. "Maar wees gerust, men zal het dadelijk wel brengen."
"Ja wel" zeide Lewin met moeite zijn woede bedwingend. En men kan
dan nog met die ellendige open vesten niets beginnen. Onmogelijk,"
ging hij voort, de geheel verkreukelde plooien van zijn overhemd
beschouwende. En als nu mij koffers reeds naar het spoor verzonden
zijn?" riep hij buiten zich zelf uit.
Toen de oude knecht Kosma op Lewins bevel al het goed van zijn meester
ingepakt en naar de Tscherbatzky's gebracht had, vanwaar het met den
spoortrein moest worden verzonden, had hij er niet aan gedacht een
schoon overhemd ter zijde te leggen. Datgene, wat Lewin sedert den
morgen droeg, was niet vertoonbaar; naar de Tscherbatzky's zenden zou
te veel tijd vereischen; daar het Zondag was waren de magazijnen niet
open. Nu liet men een overhemd van Stipan Arkadiewitsch halen; het was
voor hem bespottelijk wijd en kort. Wanhopig door het ongeval, moest
hij nu naar de Tscherbatzky's zenden om een koffer te openen. Derhalve
liep de ongelukkige bruidegom, terwijl men hem in de kerk wachtte,
door zijn kamer heen en weer, als een wild dier in zijn kooi.
Eindelijk stormde de schuldige Kosma buiten adem de kamer binnen met
een overhemd in de hand.
"Ik ben juist nog bij tijds gekomen, men stond op het punt de bagage
naar het spoor te brengen."
Drie minuten later liep Lewin met groote stappen door den corridor,
zonder op het horloge te zien om niet zijn kwelling te vermeerderen.
"Je kunt er niets aan veranderen," troostte Stipan Arkadiewitsch,
die hem langzaam en glimlachend volgde. "Ik zeg u, dat alles zich
wel zal schikken."
|