XXII.
"Dat zijn ze. Kijk, daar. Welke? Is het de jongste? En zij, men zou
denken, dat ze half dood is!" mompelde men onder de menigte, toen
Lewin met zijn bruid binnentrad.
Stipan Arkadiewitsch verhaalde zijn vrouw de oorzaak der vertraging en
een lachend gefluister ging door de geheele groep der genoodigden. Wat
Lewin betreft, hij zag niets of niemand en wendde zijn oogen niet
af van zijn bruid. Kitty was onder haar bruidskrans minder schoon
dan gewoonlijk, en algemeen vond men haar minder bevallig; maar zoo
was niet de meening van Lewin. Hij beschouwde haar hoog kapsel,
haar bloemen, haar witten sluier, het garnituur van haar japon,
dat zedig haar langen teederen hals omsloot en dien van voren een
weinig onbedekt liet, haar buitengewoon fijne taille--en zij scheen
hem schooner dan ooit. Het was echter niet de Parijsche japon, noch
het geheel van haar tooi,--die niets aan haar schoonheid toevoegde;
het was de uitdrukking van dit bekoorlijk gelaat, haar blik, haar
lippen met haar uitdrukking van onschuld en oprechtheid, die onder
al dien toestel was bewaard gebleven.
"Ik dacht, dat je de vlucht hadt genomen," zeide zij lachend tot hem.
"Wat mij overkomen is, is zoo dwaas, dat ik mij schaam er over te
spreken!" antwoordde hij blozend en wendde zich tot Sergej Iwanowitsch.
"Ze is mooi, je geschiedenis van het overhemd!" zeide deze, het hoofd
met een glimlach opheffend.
"Ja, ja," antwoordde Lewin, zonder een woord te begrijpen van hetgeen
tot hem gezegd werd.
"Kostja, nu is het oogenblik gekomen om een zeer gewichtig besluit te
nemen," kwam Stipan Arkadiewitsch hem zeggen, zich houdend of hij in
groote verlegenheid verkeerde; "de vraag is ernstig en gij zult er al
het gewicht van gevoelen. Men komt mij vragen, of de kaarsen nieuw of
reeds gebruikt moeten zijn; het maakt een verschil van tien roebel,"
voegde hij er bij, op het punt van te lachen. "Ik heb het beslist,
maar ik weet niet of je het zult goedkeuren."
Lewin begreep, dat het een grapje gold, maar kwam er niet toe om
te lachen.
"Wat besluit je? nieuw of aangebrand? ziedaar de vraag."
"Ja, ja, nieuw."
"Best, de vraag is beslist," zeide Stipan. "Wat beteekent een mensch
toch weinig in zulk een positie," mompelde hij tegen Tschirikow,
terwijl Lewin na hem een verstrooiden blik te hebben toegeworpen,
zijn bruid naderde.
"Geef acht, Kitty! zet het eerst uw voet op het tapijt," zeide gravin
Nordstone, terwijl ze bij haar kwam....
"Gi
|