et tegen de
bewering, dat alle beweging ten slotte moet komen tot ophouden[5]
van beweging.
De schoonheid is hier niet alleen aanwezig als schoon van treffende
bespiegeling, zij is het ook--en hier gemoeten wij de eigenlijke
kunst-schoonheid--als zekere levendigheid van den geest, die er, op
bijzondere wijze, in geslaagd is, de begrippen dier treffende
bespiegeling te vertastbaren en aanschouwelijk te maken. Op
bijzondere wijze: louter, door contrasteering; door bij middel van
het bewegelijke der beschrijving des te feller het
aan-beweging-vijandige van het beschrevene te doen gevoelen, en door
de levendigheid der beelding de doodschheid van het gebeelde.
Deze beschrijvingsmethode is ongetwijfeld niet die van bijv. den
objectieven naturalist, want onvermijdelijk dringt zij den auteur-zelf
min of meer op het tooneel zijner schepping, en in plaats dat de lezer,
gelijk in naturalistisch werk, slechts de dingen-zelf, zooals zij door
den kunstenaar werden gezien, te aanschouwen krijgt, worden hem hier, in
de allereerste plaats, de overwegingen getoond, die door de dingen
in den auteursgeest werden gaande gemaakt, en als 't ware door die
overwegingen heen aanschouwt hij pas de dingen-zelf. Het valt niet zoo
makkelijk te zeggen als het lijkt, welke van de twee richtingen de
voorkeur verdient--de "objectieve" of de
binnen-zekere-grenzen-subjectieve. Dat de laatste vooral door het
knoeiwerk van tallooze beunhazen in onverdiend discrediet is gebracht,
en men mede daardoor [p.215] de, nog wel verkeerd want al te volstrekt
opgevatte, "objectiviteits"-leer der naturalisten ten onrechte als de
alleen-zaligmakende heeft aanvaard, lijkt mij onbetwistbaar, al moet men
toegeven, dat de meer subjectieve beschrijvingsmethode--zooals ook een
London ze, naar zijn aard gevarieerd, toepast--uiteraard en dus ook in
haar allerbeste applicaties, hare nadeelen heeft. Als de voornaamste
daarvan kan men noemen: 1 deg. de geringere sterkte van sommige in den lezer
gewekte stemmingsaandoeningen, die door het aanschouwen der louter in
en met hun eigen atmosfeer gebeelde dingen veel eerder ontstaan en
stoorloozer zich ontwikkelen en beklijven dan door het zien dier dingen,
wanneer zij door de min of meer stormige luchten van eens schrijvers
geestig of gevoelig spreken staan ombuid. 2 deg. De onvermijdelijke
splitsing van 's lezers aandacht. Heen en weer geslingerd tusschen het
aanschouwen der dingen en het aanhooren van den auteur, wordt hij
|