FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136  
137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   >>   >|  
open--mij kwam die boom op voor mij-zelf zeer ontstellende wijze in de gedachte, toen ik met de lectuur van dit mijns buurmans boek tot op blz. 33 gevorderd was.... Want die gedachte was niet meer of minder dan moorddadig.... Zij had ongeveer dezen Heiniaanschen inhoud: het eenige wat er nog aan mijn tuintje ontbreekt is: dat er iemand aan dien boom bengelt ... en met keek ik beulachtig naar den hals van--m'n buurman....--Ge schrikt, lezer, en begrijpt niet, dat ik, onschadelijke, zoo iets dacht.... Welnu, laat mij u dan de psychologische verklaring geven, en met des te meer vrijmoedigheid, omdat, al verder lezend, mijn moordlust plaats maakte voor zoo Warme Waardeering, dat ik, zoo als ge me hier ziet, reeds onder dien zelfden boom, waaraan ik hem eerst wilde ...---ik durf 't woord niet uit te spreken!--hem een gezellig zitje heb bereid. Mijn moordlust werd dan door deze overwegingen gewekt: Wat de antieke fabeldichters en wat de schrijvers van het [p.153] middeleeuwsch dier-epos betreft--er is voor het feit, dat zij het dier slechts als spiegel der menschheid schenen te zien, en nauwelijks ooit het dier-zelf, een, dunkt mij, afdoende verontschuldiging aan te voeren: zooals hun geheele natuurbeschouwing geocentrisch was, zoo was hun levensbeschouwing in haar diepste wezen van anthropocentrischen aard; maar wat, in Godes naam, moet ik met een modern dierbeschrijver beginnen--een later-tijdgenoot nog wel van bijv. een London, die het dier-zelf en om zijns zelfs wil uitmuntend heeft gebeeld--voor wien dat dier louter als spotspiegel van menschelijke eigenschappen waarde schijnt te hebben, en die mij zelfs nog al vrij goedkoope aardigheden op een zieke en stervende giraffe niet spaart. 't Is waar: hij wist 't wel, en hij zei 't zelf wel: "Ik mag niet opnieuw vervallen in mijn onhebbelijke fout van professie, om elk beest door een menschelijk lorgnet te willen bekijken", maar mijn beulsgeest antwoordde: "Tenzij ge uw leven blijkt te hebben gebeterd, aanvaard ik uwe bekentenis als verzachtende omstandigheid niet ... ge ziet dien boom ... en ik verberg u 't touw niet ... ge weet er alles van....--En kijk: het bleek zoo waar, tot mijn vreugde, gebeterd! Aanvankelijk blijft hij nog wel in zijn anthropocentrisch denken geheel bevangen, maar het wordt van edeler natuur: de giraffen-idylle verhoudt zich tot dat andere stuk over de stervende giraffe, zooals de beminnelijke glimlach van den man, die een diep-erbarmingsvol en teer gev
PREV.   NEXT  
|<   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136  
137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   >>   >|  



Top keywords:

stervende

 

gebeterd

 

gedachte

 
hebben
 

giraffe

 
moordlust
 

zooals

 

spaart

 

London

 

modern


levensbeschouwing

 

tijdgenoot

 

dierbeschrijver

 

beginnen

 

aardigheden

 
diepste
 

louter

 

uitmuntend

 
spotspiegel
 

gebeeld


anthropocentrischen

 

menschelijke

 

goedkoope

 

eigenschappen

 

waarde

 

schijnt

 

antwoordde

 
bevangen
 

geheel

 

edeler


natuur
 

denken

 
anthropocentrisch
 

vreugde

 

Aanvankelijk

 

blijft

 
giraffen
 

idylle

 

erbarmingsvol

 

glimlach


beminnelijke

 

verhoudt

 

andere

 

lorgnet

 
menschelijk
 

willen

 

bekijken

 
beulsgeest
 

vervallen

 

opnieuw