FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144  
145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   >>   >|  
en, die hun ploegen en eggen in gereedheid brachten. Het was een echte, ware lente. XI. Lewin trok zijn hooge jachtlaarzen en heden voor het eerst een kort wollen buis in plaats van zijn pels aan en deed zijn rondte over zijn landgoederen, nu eens over klaterende beekjes, dan over ijs en straks weer diep in den modder stappende. De lente is de tijd van plannen en ontwerpen. Eerst ging hij naar het vee. De koeien waren op het erf voor den stal gebracht, hun huid glinsterde in de warme zon en zij loeiden van verlangen naar de weide. Lewin beval ze naar buiten te brengen en de kalvers in de stalhokken te laten en voor hen troggen met water en ruiven met hooi neer te zetten. Maar het bleek, dat de ruiven, hoewel in den herfst gerepareerd, in den winter weer gebroken waren. Hij zond om den wagenmaker, maar vernam, dat die aan de eggen werkte, die reeds in de boterweek [8] gereed hadden moeten zijn. Het was voor Lewin zeer verdrietig, dat die wanorde in de zaken zich zoo dikwijls herhaalde, hoezeer hij er jaar op jaar ook tegen gestreden had. Daarom liet hij den opzichter roepen. Deze kwam van de dorschvloer, in een korten pels gehuld en met een stroohalm, dien hij knakte, in de hand. "Waarom is de wagenmaker niet bij de dorschmachine?" "Ik wilde het u gisteren al melden: De eggen moeten eerst klaar zijn, daar wij ze morgen op het land noodig hebben." "Wat heeft hij dan den geheelen winter uitgevoerd?" "Waarvoor heeft u nu den wagenmaker noodig?" "Waar zijn de ruiven voor de kalverhokken?" "Die heb ik op zij laten zetten. Maar wat kan men met zulk volk uitvoeren? vroeg de opzichter en gesticuleerd. "Met zulk volk? Met zulk een opzichter!" stoof Lewin op. "Waarvoor ben jij hier eigenlijk ...?" riep hij uit, maar terstond bedenkend, dat hij daarmede toch niet verder kwam, bleef hij steken en zuchtte slechts eens diep. "Nu hoe staat het met het zaaien?" "Achter Turkino zullen wij morgen of overmorgen al kunnen beginnen." "En de klaver?" "Ik heb Wassili en Mischka naar buiten gezonden; zij zaaien ze nu uit, maar ik weet niet, of zij er mee klaar zullen komen, want het land is nog zeer nat." "Op hoeveel desjatinen?" "Op zes." "Waarom niet op alle?" riep Lewin ontstemd uit. Het was volgens zijn theorie en ervaring wenschelijk de klaver altijd zoo vroeg mogelijk, zoo mogelijk met het smelten der sneeuw, uit te zaaien. Maar hij had dat nooit gedaan kunnen krijgen. "Er is geen volk te bekom
PREV.   NEXT  
|<   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144  
145   146   147   148   149   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   >>   >|  



Top keywords:

ruiven

 
zaaien
 

opzichter

 

wagenmaker

 

moeten

 

winter

 
kunnen
 
buiten
 

zullen

 

zetten


Waarom

 

morgen

 

noodig

 

klaver

 

Waarvoor

 
mogelijk
 

altijd

 
melden
 

smelten

 

gesticuleerd


theorie

 

ervaring

 

uitvoeren

 
gereedheid
 

wenschelijk

 

kalverhokken

 

geheelen

 

krijgen

 
hebben
 

uitgevoerd


gedaan

 

sneeuw

 
volgens
 

Turkino

 

Achter

 

hoeveel

 
overmorgen
 
Wassili
 

Mischka

 

gezonden


beginnen
 

slechts

 

zuchtte

 

eigenlijk

 

ploegen

 

terstond

 

verder

 
steken
 

desjatinen

 
bedenkend