FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250   251   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261  
262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   >>   >|  
naar de vrijheid leidt! --Ik wil u helpen, sprak Thomas Utenhove. Maar de vrouwlieden en dochteren zullen heure mannen en minnaren willen volgen. --Wij gaan mee op Gods genade, sprak een minzaam meideken, dat het hoofd binnenstak. --Als het noodig is, zei Thomas Utenhove, kunnen er vier wagens zijn; aldus zouden wij meer dan vijf en twintig man aan den prins kunnen sturen. --De hertog zal het kind van de rekening zijn, sprak Uilenspiegel. --En de vloot van den prins zal eenige dappere soldaten meer tellen, antwoordde Thomas Utenhove. Vervolgens deed hij het klokje luiden, om al zijne knechts en dienstmaagden samen te roepen. Toen allen vergaderd waren, sprak hij tot hen: --Gij allen, die Zeeuwen zijt, mannen als vrouwlieden, luistert: Uilenspiegel, de Vlaming, hier tegenwoordig, wil U in bruidsgewaad door het leger des hertogen brengen. De mannen en vrouwen van Zeeland riepen te gelijk: --Doodsgevaar! wij zijn er bij! En de mannen zeiden tot elkaar: --Voor ons is het een geluk, een land van dienstbaarheid te verlaten om de vrije zee te bevaren. Als God er voor is, wie zal er tegen zijn? De vrouwlieden en meidekens spraken: --Wij volgen onze mannen en vrienden. Wij zijn uit Zeeland en zullen er schuilplaatse vinden. Uilenspiegel wendde zich tot een jong en liefelijk meideken uit den troep, en zei schertsend: --Met u wil ik trouwen. Doch blozend antwoordde zij: --Ik wil wel; doch alleen in de kerk. De vrouwen spraken lachend tot elkaar: --Heur hert trekt naar Hans, den zoon van den baas. Hij vertrekt zeker met heur. --Ja, antwoordde Hans. En de vader zei tot hem: --Gij moogt. De mannen trokken hunne beste kleederen aan: fluweelen wambuis en hooze, met het groot opperste kleed daarboven, en zetten breedgerande hoeden op 't hoofd, die hen tegen zon en regen zouden beschutten; ook de vrouwen kleedden zich in feestdos: gebekte zwarte onderbroeken, geplooide witte halskragen, hemelsblauwe en scharlakenroode borststukken met goudborduurselen, zwarte wollen rokken met breede fluweelen banden van dezelfde kleur, zwarte saaien kousen en fluweelen schoenen met zilveren gespen; op het voorhoofd hadden zij groote klatermeersen, die de meidekens links en de getrouwde vrouwlieden rechts droegen. Vervolgens ging Thomas Utenhove naar de kerk, den pastoor verzoeken Thijlbert, zoon van Klaas, in de wandeling Uilenspiegel geheeten, dadelijk te willen trouwen met Tanneken Pieters.
PREV.   NEXT  
|<   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250   251   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261  
262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276   277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   >>   >|  



Top keywords:

mannen

 

Uilenspiegel

 
vrouwlieden
 

Thomas

 

Utenhove

 
vrouwen
 
fluweelen
 
zwarte
 

antwoordde

 

trouwen


willen
 

zullen

 

Vervolgens

 
Zeeland
 
elkaar
 
meidekens
 
spraken
 

volgen

 

kunnen

 
zouden

meideken

 

hadden

 

Tanneken

 

wambuis

 

kleederen

 
Pieters
 

groote

 

verzoeken

 

trokken

 

alleen


droegen

 

blozend

 
getrouwde
 

lachend

 

vertrekt

 

pastoor

 

klatermeersen

 
daarboven
 

scharlakenroode

 

schoenen


borststukken

 

zilveren

 

hemelsblauwe

 

gespen

 

halskragen

 
goudborduurselen
 
wollen
 

Thijlbert

 

dezelfde

 

banden