FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276  
277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   287   288   289   290   291   292   293   294   295   296   297   298   299   300   301   >>   >|  
best begrepen hadden. Dit vond algemeene goedkeuring: te meer daar de prijs uit een schellingskoek bestond en dus zeer deelbaar was. Ik was intusschen eenigszins verwonderd, dat Velters, naar het scheen, niet medegedongen had; maar hij gaf kort daarna te kennen, dat hij zich met zulke fijne dichtgeesten niet in een wedstrijd had durven wagen en dus eerst nu, na de bekroning, voor den dag zoude komen met zijn beantwoording. Hij las ons hierop een stukje voor, hetwelk mij althans beter beviel dan al wat ik van de overigen gehoord had. Hij gaf bij den aanhef te kennen, dat hij den zin der vraag wel verstaan, doch het eenigszins ongepast geoordeeld had, met zijn weinige ondervinding, over politieke zaken te schrijven, en dus verkozen had, de vraag in dien geest op te vatten, als ware die op de dichtkunst toepasselijk: in welken zin hij een, naar mijn oordeel, zeer aardige uitwijding had gemaakt, waarin hij de dichters bij boomen vergeleek, die gemest en gevoed moeten worden met kennis en studie, en slechts dan gesnoeid moeten worden, wanneer hun al te groote weelderigheid aan het behoorlijk rijpen hunner dichtvruchten nadeel sticht, of wanneer zij anderen in hun groei of wasdom hinderlijk zijn, enz. Het werk van Velters werd echter, misschien omdat het veel beter was dan de rest, minder toegejuicht en alleen met een soort van aanmoediging beloond, welke in mijn oog iets vernederends had. Vervolgens ging men aan het beoordeelen en schiften der uitdrukkingen, in de voorgedragen verzen gebezigd: elk gezegde werd op drie of vier wijzen omgezet en bijna elk bijvoeglijk naamwoord door een ander vervangen, totdat langzamerhand alle zweem van oorspronkelijkheid verdwenen was. Ik kon mij niet onthouden bij deze gelegenheid gedurig te denken aan het briefje in den _Bourgeois gentilhomme_, en ik kwam, evenals deze, tot de slotsom _que la premiere facon de dire est sans contredit toujours la meileure_. Daarna werd er gevraagd, of geen der aanwezigen iets bij zich had, waar hij het gezelschap op vergasten kon. Deze vraag was overbodig, want ieder had de zakken vol en zat slechts op een gunstig sein te wachten om zijn kinderen aan 't licht te brengen, schoon zelfs dan niet als schoorvoetende en onder herhaalde betuigingen, dat het niet de moeite waardig ware er de aandacht van zulke fijne vernuften mede te vermoeien. Het eerst was onze heldendichter aan de beurt, die, na de pijp neergelegd, gehoest en zich gesnoten te hebben, eenige
PREV.   NEXT  
|<   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   276  
277   278   279   280   281   282   283   284   285   286   287   288   289   290   291   292   293   294   295   296   297   298   299   300   301   >>   >|  



Top keywords:

moeten

 

wanneer

 

slechts

 

worden

 
eenigszins
 

kennen

 

Velters

 

Bourgeois

 
gentilhomme
 

oorspronkelijkheid


verdwenen
 
onthouden
 

gelegenheid

 

gedurig

 

denken

 

briefje

 

bijvoeglijk

 

uitdrukkingen

 

schiften

 

voorgedragen


verzen
 

gebezigd

 

beoordeelen

 

vernederends

 

Vervolgens

 

gezegde

 
vervangen
 
totdat
 

langzamerhand

 
naamwoord

wijzen

 

omgezet

 
evenals
 

aanwezigen

 

schoorvoetende

 
herhaalde
 
betuigingen
 

moeite

 

schoon

 

kinderen


brengen

 

waardig

 

aandacht

 
gehoest
 

neergelegd

 
gesnoten
 

hebben

 

eenige

 

vernuften

 
vermoeien