middellijk een schalk
achter de poort staan.
"Wie daar?" riep hij door het kijkgat.
"Spreek stil", werd hem geantwoord. "Ga, zeg uwen meester dat vrienden
hem wenschen te spreken. Hij kome zelf om ons te herkennen."
Na eene korte wijl vroeg hem eene andere stem:
"Vliegt de Blauwvoet?"
"Storm op zee!" antwoordde een hunner. "Doe ons open, Robrecht."
"O, mijn God, Burchard!" morde iemand achter het kijkgat.
"Stil, stil, en ontsluit de poort!"
Robrecht opende metterhaast en leidde de twee ontijdige bezoekers zonder
spreken tot in de zaal, welke hij zooeven had verlaten. Hij sloot de
deur en zeide met verrassing:
"Burchard, gij hier! Vreest gij dan niet voor uw leven? Indien men u
herkende!"
Burchard antwoordde schertsend:
"Zonderlinge vraag op het oogenblik dat wij allen lijf en have voor de
vrijheid van Kerlingaland gaan wagen! Vreest mijn vriend Disdir Vos
eenen banneling in de straten van Brugge te vergezellen? De tijd is
gekomen dat elke Kerel moet spotten met den dood!"
"Het is waar", bevestigde Robrecht. "Gij hebt mij ongetwijfeld iets
bijzonders te melden, heeren; want zoo, te midden van den nacht, bezoekt
men toch zijne vrienden niet zonder gewichtige redenen."
"Ik kom vanwege den graaf van Vlaanderen tot u."
"Vanwege graaf Willem!" kreet Robrecht twijfelende.
"Vanwege den eenig wettigen graaf van Vlaanderen", herhaalde Burchard
met nadruk. "Gij weet het, of anders maak ik het u bekend, ik geniet
gansch zijne gunst en ben zijn vertrouweling. Hij heeft mij met eene
moeilijke onderneming belast. Wat ik u kom vragen, Robrecht, is of gij
bereid zijt, op mijn verzoek en ten dienste van Kerlingaland, alles te
wagen, zelfs uw leven."
"De vraag is kwetsend!" morde de jongeling.
"Hij heeft gelijk", zeide Disdir Vos. "Gaf mher Sneloghe ooit iemand
recht om aan zijne onversaagdheid te twijfelen? In deze zaak is eer en
roem te behalen. Hoe zou hij kunnen weigeren?"
"Nu, laat ons klaar zijn; de tijd is kostelijk", viel Burchard hem in de
rede. "Ziehier, Robrecht, waarom wij tot u gekomen zijn. Iemand heeft
onzen graaf Willem een ontwerp medegedeeld dat, kan het uitgevoerd
worden, de vrijheid der Kerels voor altijd moet redden en waarschijnlijk
den oorlog nog zal voorkomen. In alle geval zal het de macht onzer
vijanden eenen ontzaglijken slag toebrengen. De graaf heeft dit ontwerp
goedgekeurd en mij belast in Brugge eenige moedige ridders op te zoeken
om het uit te voeren. Het is een moei
|