FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43  
44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   >>   >|  
Men voelt, op wat voor vasten puinbodem de figuurtjes zich bewegen, die van de hoogte afkomen, of aan den waterkant staan. Een vrouwtje ligt linnen uit te spoelen in de gracht. Spelende verspreiden zich kringen over het spiegelwater. Het trok den schilder aan, om dit stille bewegen op zijn doek vast te leggen en den indruk te bewaren. Het golflijntje, dat een voorbijzwemmend eendje of een in het water geworpen kluitje doet ontstaan, is iets, waarnaar we gaarne stil en in gedachten verzonken staan te kijken. Zoo ging het Rembrandt ook. Terwijl hij daar op het lage pad, op eenen vredigen avond, zat te schilderen, kwam een vrouwtje naar beneden om iets uit te spoelen; een oogenblik rustte zijn penseel, en volgde zijn oog de kringen, die zich verspreidden, tot ze tegen het bootje botsten, en daar eenige krinkeling te weeg brachten in het donkere spiegelbeeld. Het was eene kleine, onbeduidende gebeurtenis, die de rust van den avond verbrak zonder ze te storen. En met een paar zwierige, dartele penseelstreken werd ze snel en juist in beeld gebracht, om den lieflijken, vredigen indruk van zoo'n schoonen avond te bewaren. De stilte mocht geene levenlooze eenzaamheid worden; eene uiting van leven moest er zijn, als maar de rust niet verstoord werd. Lieflijker kon het wel niet, dan het zachte bedrijf van zoo'n vrouwtje er in te brengen, en het voorbijgaande, kortstondige opleven van den waterspiegel. Wat kunnen we ons zoo geheel indenken in den gemoedstoestand van den schilder, en een denkbeeld krijgen, hoe vatbaar hij was voor indrukken. Zonder naar het molentje gezien te hebben, dat anders door vele beschouwers voor hoofdzaak gehouden wordt, weten we, wat voor hem het eigenlijke onderwerp was, dat hij schilderde. Niet de inrichting van zoo'n stads-buitenkant, ook niet de vorm van een molen, maar de vredige, rustige, kalme stemming van een mensch, die daar zit, en die genieten kan van plechtige avondstilte, van mooie, klare luchten, boven bijna ingesluimerde stadsgedeelten. Denk toch niet, dat zoo'n kunststuk er is, om even op de vingers na te tellen, wat er op staat. We moeten er in doordringen, om tot het besef te komen, hoe de schilder voelde, hoe zijn gemoed door de verschijnselen bewogen werd. Het molentje is maar bijzaak, al is men geneigd, het stuk daarnaar te benoemen. Het staat er, om midden op het doek een verheffinkje aan te brengen, en het stond nu eenmaal op het bastion. Bevallig, rank en rustig is het weer
PREV.   NEXT  
|<   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43  
44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   >>   >|  



Top keywords:

schilder

 

vrouwtje

 

bewaren

 

vredigen

 

molentje

 

indruk

 

kringen

 

spoelen

 

bewegen

 
brengen

eigenlijke
 
gehouden
 

rustige

 
onderwerp
 

buitenkant

 
inrichting
 
schilderde
 

vredige

 

hebben

 

kunnen


geheel

 

indenken

 
gemoedstoestand
 
waterspiegel
 

zachte

 

voorbijgaande

 

kortstondige

 

opleven

 

denkbeeld

 

krijgen


bedrijf

 

anders

 

beschouwers

 

gezien

 

vatbaar

 

indrukken

 

Zonder

 
hoofdzaak
 

avondstilte

 

geneigd


bijzaak

 

bewogen

 
voelde
 

gemoed

 

verschijnselen

 

daarnaar

 
benoemen
 
Bevallig
 

rustig

 
bastion