FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   186   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196   197   198   199   200   201   202   203   204   205   206   207   208   209   210  
211   212   213   214   215   216   217   218   219   220   221   222   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232   233   234   235   >>   >|  
onzen plicht met vastberadenheid en trouw ... Ik zie in de vergadering velen mijner vrienden, wien ik te dezer gelegenheid gaarne de hand zou drukken, en andere gezellen, met welke ik wensch kennis te maken. De Voorman hebbe de goedheid mij tot hen te geleiden en mij hunne namen te noemen, opdat ik ze herkenne, als wij te zamen tegenover den gemeenen vijand zullen staan." Na deze woorden daalde hij met den Voorman van de verhevenheid en ging tusschen de banken, hier minzaam groetende, daar handen drukkende, overal vriendelijke woorden sprekende en elkeen door eenige aangename woorden gunstig stemmende. Deze verbroedering tusschen den nieuwen vorst en de afgevaardigden der Ambachten eenigen tijd geduurd hebbende, beklom Willem Van Loo opnieuw de trede en sprak: "Vrienden, om redenen, welke gij licht zult begrijpen, acht ik het noodig nu deze vergadering en zelfs de stad Veurne te verlaten In het Wolvennest-bosch zullen wij elkander wederzien. Daar zullen wij uwe keus met veel plecht, in tegenwoordigheid van het vergaderde leger, afkondigen; want dan eerst zullen wij de macht hebben om haar tegen andersdenkenden te verdedigen. Tot dan houdt alles, wat hier beslist is geworden, zoo geheim mogelijk. In het Wolvennest zullen wij te zamen regelen wat nog te regelen is. Hebt betrouwen in onze zaak, gezellen. Ik heb reeds jaren lang oorlog gevoerd tegen Karel van Denemarken, en hem bijna overwonnen, alhoewel ik mij slechts door een gering gedeelte der Kerels geholpen zag. Nu gaat gansch Kerlingaland opstaan tot het verdedigen zijner vrijheid. Sterk door zulke eendracht, wat zouden wij vreezen? Wij zijn onverwinnelijk!" "Ja, ja, onverwinnelijk! Leve Willem Van Loo, onze graaf!" riep men met geestdrift van alle kanten. "Ik herhaal u nog eens mijne oprechte dankbetuiging voor uw vertrouwen in mij", zeide Willem. "Blijft in deze zaal, vrienden, en zet vreedzaam uwe beraadslagingen voort; doch haast u, na afgedane zaken naar uwe Ambachten weder te keeren, om daar zonder tijdverlies alles te bereiden. Vaartwel, tot wederziens in het Wolvennest!" Eene laatste toejuiching dreunde hem achterna, toen hij de zaal verliet. Burchard, die hem alleen volgen zou, doch niet met hem in de straten van Veurne wilde gezien worden, bleef nog eene wijl met Disdir Vos in stilte kouten. Dan, naar de deur stappende, ging hij tot Robrecht Sneloghe en zeide hem met eenen glimlach: "De zaken zijn hier niet afgeloopen naar uwen wensch?" "N
PREV.   NEXT  
|<   186   187   188   189   190   191   192   193   194   195   196   197   198   199   200   201   202   203   204   205   206   207   208   209   210  
211   212   213   214   215   216   217   218   219   220   221   222   223   224   225   226   227   228   229   230   231   232   233   234   235   >>   >|  



Top keywords:

zullen

 
Wolvennest
 

Willem

 
woorden
 
tusschen
 

Ambachten

 

verdedigen

 

onverwinnelijk

 
Veurne
 
regelen

vrienden
 

wensch

 

Voorman

 

vergadering

 

gezellen

 

herhaal

 

kanten

 

slechts

 
geestdrift
 
vertrouwen

Blijft

 

oprechte

 

alhoewel

 

overwonnen

 

dankbetuiging

 

gansch

 
Kerlingaland
 
opstaan
 

zijner

 
gedeelte

Kerels

 
geholpen
 

vrijheid

 
mijner
 
gering
 

vreezen

 
zouden
 

eendracht

 

worden

 
Disdir

gezien

 

alleen

 

volgen

 

straten

 

stilte

 

glimlach

 
afgeloopen
 

Sneloghe

 

Robrecht

 

kouten