FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101  
102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   >>   >|  
in den moordenaarskuil geketend?" "Neen, heer". "Waarom niet, kastelein?" "Hij is een vrij man, heer graaf." "Vrij man? die grove woestaard? Ah, mijn geduld is ten einde: ik wil gehoorzaamd worden! Gij blijft verantwoordelijk voor den gevangene. Houd u gereed om op het eerste bevel hem in mijne tegenwoordigheid te doen voeren." De graaf, door al de ridders van zijn hof gevolgd, trad in de groote zaal van zijn paleis. Iedereen aanschouwde hem in stilte, want men begreep dat hij zeer vergramd en bedroefd moest zijn. Bovenal waren de Fransche ridders verontwaardigd over de voorbeeldelooze stoutheid der Kerels en de oneerbiedige houding van gansch het volk, dat zich den moordenaar veeleer gunstig dan vijandig had getoond. Graaf Karel keerde zich tot de vergadering en zeide: "Heeren, gij zult mijn verdriet en mijne ontsteltenis begrijpen na de ongehoorde dingen die heden zijn voorgevallen. Niet alleenlijk ben ik vermoeid en behoef een weinig rust; maar ik wil tevens zonder uitstel overwegen wat mijn plicht, als graaf van Vlaanderen mij gebiedt te doen om den schuldige te straffen en door een streng voorbeeld anderen te beletten mijne overheid nog te miskennen. Binnen een paar uren zal ik u aan het middagmaal wedervinden. Gelieft intusschen u niet te verwijderen, aangezien uwe tegenwoodigheid mij noodig kan zijn.... De leden van mijnen bijzonderen raad volgen mij!" Hij bood zijnen arm aan Willem van Normandie, stapte door eene zuilengang en trad in eene zaal waar eenige zetels rondom eene breede tafel geschikt stonden. Hij nam plaats aan het hooger einde der tafel en toonde Willem van Normandie eenen zetel nevens zich. Hier waren nog tegenwoordig Tancmar Van Straten, Walter Van Lokeren, Gervaas Van Praet, benevens de oude Frumold en zijn neef, rekenmeesters en schrijvers des graven, en twee of drie andere ridders. Toen allen gezeten waren, vroeg de vorst: "Welnu, heeren, wat zegt gij van zulke schennis onzer overheid?" "Verfoeilijk, snood, ongehoord; hij verdient den dood!" morden meest al de raadsheeren. "Ja, eenen onmiddellijken dood!" zeide Tancmar Van Straten. "Maar dit is niet genoeg. De verwaande Kerels en hunne aanleiders de Erembalds, die door hunne dreigende houding onzen goeden vorst nog dieper hoonen, moeten insgelijks worden gestraft Het zal niemand der heeren ontsnapt zijn, hoe de moordenaar hardnekkig weigerde het gebod van onzen heer graaf te gehoorzamen en hoe een enkel woord door
PREV.   NEXT  
|<   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101  
102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112   113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   >>   >|  



Top keywords:

ridders

 

Straten

 

Kerels

 
heeren
 
Tancmar
 

moordenaar

 

worden

 

overheid

 
Willem
 

houding


Normandie
 

benevens

 

tegenwoordig

 

Lokeren

 

Walter

 

toonde

 

Gervaas

 

nevens

 
zuilengang
 

bijzonderen


volgen

 

zijnen

 

mijnen

 

tegenwoodigheid

 

noodig

 

stapte

 

geschikt

 

stonden

 

plaats

 

breede


rondom

 

eenige

 
zetels
 

hooger

 

Erembalds

 

aanleiders

 

dreigende

 
goeden
 
dieper
 

verwaande


genoeg

 
onmiddellijken
 

hoonen

 

moeten

 
weigerde
 
gehoorzamen
 

hardnekkig

 

ontsnapt

 

insgelijks

 

gestraft