waarde geassureerd. Neen, dan is het heel wat grooter risico met de
"Indian Girl".
BERNICK. Hoe bedoelt u dat?
VIGELAND. Die zeilt immers ook morgen uit?
BERNICK. Ja, de reederij heeft er erg achter heen gezeten, en
bovendien....
VIGELAND. Nou, als die oude kast het er op wagen kan ... en met zoo'n
bemanning op den koop toe ... dan zou het wel schande zijn als wij
niet....
BERNICK. Zeker, zeker. U heeft vermoedelijk de scheepspapieren bij u?
VIGELAND. Ja, hier zijn ze.
BERNICK. Best; wil u dan maar naar binnen gaan met mijnheer Krap.
KRAP. Alsjeblieft; komt dadelijk in orde.
VIGELAND. Dank u.... En de uitkomst geven wij over aan de Almachtige,
meneer de consul. (_Hij gaat met Krap in de voorste kamer links. Roerlund
komt door den tuin op_).
ROeRLUND. Welzoo, tref ik u om dezen tijd van den dag thuis, mijnheer
Bernick.
BERNICK (_in gedachte_). Zooals u ziet.
ROeRLUND. Ik kom eigenlijk voor mevrouw. Ik dacht zoo dat een woord van
troost haar welkom zou zijn.
BERNICK. Dat zal het zeker. Maar _ik_ zou ook wel eens graag willen
spreken.
ROeRLUND. Met genoegen, mijnheer Bernick. Maar wat scheelt u? U ziet er
zoo bleek en ontdaan uit.
BERNICK. Zoo? Waarlijk? Ja, hoe kan het ook anders ... wat stapelt zich
deze laatste dagen niet alles op elkaar om mij heen. Mijn eigen groote
zaak ... en die spoorweg.... Hoort eens, mijnheer Roerlund. Mag ik u eens
een vraag doen?
ROeRLUND. Volgaarne.
BERNICK. Ik ben over iets aan het denken geraakt. Als men voor een zaak
staat van zoo verstrekkenden invloed, dat de welvaart van duizenden
ermee gemoeid is.... Als dat nu een een enkel offer noodig maakte?
ROeRLUND. Hoe meent u dat?
BERNICK. Bijvoorbeeld: iemand denkt er over een groote fabriek op te
richten. Hij weet zeker ... want dat heeft de ondervinding hem geleerd
... dat vroeger of later het bedrijf in die fabriek menschenlevens
kosten zal.
ROeRLUND. Ja, dat is maar al te waarschijnlijk.
BERNICK. Of een ander gaat mijnen exploiteeren. Hij neemt zoowel
huisvaders als jonge levenslustige menschen in zijn dienst. Is het niet
met zekerheid vooruit te zeggen dat die niet allen het leven er zullen
afbrengen?
ROeRLUND. Ja, helaas, dat is maar al te waar.
BERNICK. Dus zoo iemand weet vooruit dat de zaak die hij ondernemen wil,
zonder twijfel menschenlevens kosten zal. Maar die onderneming is van
algemeen belang; voor ieder menschenleven dat ze kost zal hij evenzeer
zonder twijfel de welvaar
|