gyaarsche taal wordt hier met groote zuiverheid gesproken; luiheid
is eene schier onbekende ondeugd.
Dadelijk na onze komst te Torotzko, trachtten wij de herberg op te
sporen; maar te vergeefs wandelden wij het groote marktplein rond, dat,
op dit uur van den dag, eene gloeiende zandwoestijn geleek. De huizen,
van steen gebouwd, en niet, zoo als veelal in Zevenbergen, van leem of
van hout, trokken onze aandacht door hunne groote zindelijkheid. De
gevels geleken allen op elkander, en prijkten met halve kolommen en
ruw beeldwerk: dit is wel geene kunst, maar in ieder geval verdient de
bouwmeester waardeering wegens zijne goede bedoelingen. Korten tijd
geleden was Torotzko door een hevigen brand geteisterd, waarvan hier
en daar nog zeer duidelijke sporen te herkennen waren; eene geheele
wijk der stad was nieuw opgebouwd. Maar de herbouwing was nog niet
voltooid, en zoo ontbrak ook nog steeds de herberg. Wij moesten dus
een beroep doen op de hongaarsche gastvrijheid.
Wij spraken een man aan, die op den nok van een dak zat, en eenige
beleefde woorden waren voldoende om de deur der woning voor ons te
openen. De mooie kamer, waarin wij gelaten werden, was niet zeer ruim;
maar zij bevatte niettemin eene menigte voorwerpen, die er allen even
netjes uitzagen en die met groote kunst in deze kleine ruimte waren
gerangschikt. Langs de witgepleisterde wanden hingen de portretten
van de hoofden en leiders der hongaarsche omwenteling van 1849, voorts
gekleurde platen en photografien; aan de balken der zoldering hingen
beschilderde potten van verschillenden vorm; de banken, de tafel,
het bed waren beschilderd met bloemen naar oosterschen trant; in een
hoek van het vertrek stond een fraai bewerkte kachel, waaromheen een
steenen bank eene geschikte zitplaats aanbood; op het bed, dat met
geborduurde gordijnen omhangen was, lagen vier reusachtige matrassen
of dekbedden, geheel met rood borduursel overdekt en bijkans tot
aan de zoldering reikende; fraaie, rood en zwart gewerkte doeken
waren aan de zoldering bevestigd, overal waar de schotels en pannen
eene plaats vrij lieten. Naar men mij zeide, vindt men in de meeste
huizen van Torotzko gansche reeksen van boeken opgehangen aan de
balken, even als de hammen en worsten in de boerenwoningen van het
zuiden van Frankrijk; maar bij onzen gastheer was geen ander boek
te vinden dan eene verzameling van nationale liederen. Wij dorsten
ons nauwelijks verroeren in dit kleine museum, uit vrees van i
|