FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49  
50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   >>   >|  
gezwaaid en klaverde met de handen om boven den karrebak te komen. Hij liet zich neer en voelde zijn zet diep-rond en zacht in het mullige zand prenten, hij legde de beenen gemakkelijk open, nevens Manes. De kar dokkerde voort over de straatsteenen en Treite loech om de aardigheid van zoo onverwachts vast te zitten en gevoerd te worden, scherend over den weg, zonder moeite te doen of pijn te voelen in de voeten en hij langde reeds naar 't beloofde roggenbrood en 't zwijnsvleesch--een dingen dat hij niet wist ooit geknabbeld te hebben maar dat, naar hij gissen kon, goede en smakelijke buikvulling moest zijn. Hij keek naar de voetgangers die bezijds de kar liepen, hij knipte oogjes naar elk ende een om te toonen hoe goed hij zat en hoe preusch. --Eila! flikkerbeen, ge blinkt onder uw hoedje! pennelikker met uw kalen frak, krebbebijter! riep hij naar den kantoorklerk die naar zijne bezigheid ging. Manes loech. --We gaan twee dorpen doen vandage, ik moet tonnen koopen gij kunt het zand uitventen; een stuiver de maat. Treite greep reeds de ijzeren schop en woelde in den zeuzelenden hoop tusschen de beenen. --Niet lastig, meende hij. Manes hield de leidkoorde en snokte zijne honden naar links en rechts door de straten en ruischte ze op om 't gespan nog zeerder te doen rollen. Hij vertelde ondertusschen wat er bij de boeren te lande al te zien was voor aardigheden en van den handel en de geldwinst. Hij zat als een degelijk zandman, wel gekleed in de wijde vloeren broek en vest; een groote, blonde haarlok lag zorgelijk gekruld en gevet in schuinen hoek over zijn voorhoofd en daarover de groote blinkende bek van zijn blauwe pet. Treite had ook al geloerd naar het blauwe flanellen hemd, met overgelegden halskraag en de geelzijde koord die met twee flosjes onder de kin was toegeknoopt. Aan zijn ondervest stonden twee reken koperen knopjes die bevielen Treite buitenmate en hij keek met meewarigheid op zijn eigene voeten, als hij de stevige, zwaargezoolde en vernagelde, waterdichte schoenen van Manes bezien en herbezien had. Treite kende zijnen makker van ten tijde dat zij aleven arm en slecht aangekleed, samen de kansjes snapten en centen verdienden met pakjes te sleuren en peerdenmest te rapen. Maar de beenen en armen en borst waren bij Manes zoo stevig uitgegroeid en zijne vloeren kleeren zwabbelden nu zoo los om dat forsig lijf van den zwierigen vent, en hij had ook zoo'n kloeken neus en zijne oogen stonden zee st
PREV.   NEXT  
|<   25   26   27   28   29   30   31   32   33   34   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49  
50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   >>   >|  



Top keywords:
Treite
 

beenen

 
groote
 
blauwe
 

stonden

 

voeten

 

vloeren

 

ondertusschen

 

gekleed

 
boeren

geloerd

 

gespan

 
halskraag
 
geelzijde
 
overgelegden
 

zeerder

 
vertelde
 
rollen
 

flanellen

 

blinkende


zorgelijk

 

gekruld

 

geldwinst

 

haarlok

 

blonde

 
degelijk
 
schuinen
 

voorhoofd

 

daarover

 

handel


aardigheden
 
zandman
 

zwaargezoolde

 

uitgegroeid

 
stevig
 
peerdenmest
 

centen

 

snapten

 

verdienden

 
pakjes

sleuren

 

kleeren

 

zwabbelden

 
kloeken
 

forsig

 
zwierigen
 

kansjes

 

buitenmate

 

bevielen

 

meewarigheid