mdat nu
iets van de _groeps_-karakteristiek verloren gaat.
[10] Hier: blz. 211 en 214.
[11] De voorstelling van een begrip, een zaak, als persoon.
[12] Causaliteit = oorzakelijkheid, het verband tusschen oorzaak en
gevolg. (Denk aan het fransche _cause_ = oorzaak). Het is hier
natuurlijk de plaats niet om uitteweiden over alles wat hieraan vast
zit. Genoeg zij 't, dat Multatuli tot die wijsgeerig-denkenden behoorde,
die meenen, dat elke oorzaak _noodwendig_ het gevolg heeft, dat eruit
voortspruit, m.a.w.: zij had nimmer een ander gevolg kunnen hebben.
Waarom hij dan ook aan de causaliteit den naam _Fancy_ geeft, zal u nu
wel duidelijk zijn. Immers: het kunstvoortbrengen, zegt hij, is niet
iets willekeurigs, dat hij doen of laten kan wanneer het hem belieft,
maar hij doet het slechts, wanneer hij door zijn innerlijken drang ertoe
wordt gedwongen. Die drang is de resultante, het uitvloeisel van de
factoren, die te zamen den mensch Multatuli vormen. Hij is dus een
gevolg, een werking van de causaliteit, van al de _oorzaken_ namelijk,
die den mensch Multatuli en zijn denken en doen tot noodwendig _gevolg_
hadden. En, zegt hij ook, _Fancy_ inspireert, fluistert hem zijn
scheppingen in. _Fancy_ is dus een met de causaliteit, een
personificatie ervan.--
[13] Multatuli-zelf ziet deze kinderlijkheid wel als een gebrek. Het
eenige wat ik daarvan zeggen kan is--dat de vader hier zijn eigen kind
niet goed gekend heeft! 't Geen niet behoeft te verwonderen. De
verklaring ligt voor de hand, waarom dit verschijnsel juist bij groote
schrijvers voorkomt. De voortreffelijke G.K. Chesterton geeft er in zijn
onlangs verschenen _Criticisms and appreciations of Charles Dickens'
Works_ eenige aardige bij Dickens voorkomende staaltjes van. Tusschen
haakjes: ik kan den Engelsch-kennenden onder mijne lezers, dit luchtig
en geestig geschreven en zooveel juist inzicht bevattend werk warm
aanbevelen.--
[14] Menigeen zal het gek vinden, dat ik zoo voortdurend van _Pastoor
Jansen_ als van een werkelijk geleefd hebbende persoon spreek. Maar men
bedenke, dat het 't _levensware_ is, dat iets geschikt maakt er
_levenswaarheden_ aan te demonstreeren, en dat is evenzeer bij een door
_de Kunst_ als door de Natuur _geschapen_ mensch aanwezig.--
* * * * *
HISTORIE VAN MEJUFFROUW SARA BURGERHART, DOOR E. WOLFF-BEKKER EN A. DEKEN
[p.251]
I.
Is het voor den lezer en bespreker van de _Historie van Mej. Sara
|