FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64  
65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   >>   >|  
zijne vruchten mee;--Amsterdam gij weet het, is nog niet, zoo als Bilderdijk misschien zou hebben gewenscht, een ander Bremen geworden, dat geene stoornis van de doodsche stilte zijner straten duldt;--de kreet, aan het hoofd van dit stukje geplaatst, heeft Wouter onlangs verrast. Hij sprong op toen hij dien hoorde; hij zag een bekend gezigt, waaraan de rouw, dien de grijze droeg, niet misstond; het blaauwbessenvrouwtje had eene boodschap voor hem: "Eefje heeft, eer ze stierf, om je vergiffenis gebeden!" 1845. * * * * * 'T IS MAAR EEN PENNELIKKER! Steets was hy op 't kantoor en met de neus in 't boeck; Sijn mutsjen op sijn hooft, sijn mouwen an voor 't wrijven; Want hy was besich staegh met dit of dat te schrijven; Dan sloot hy syn ballans, dan sagh hij nae de kas, Ja wel, hy had soo veel te doen dattet wonder was! Wat het hy in sijn hooft winckeltjes, en kassen, En hockels en laedjes, dosynen van Lyassen, Vol Assignatie, vol Oblygatie, vol boomery, Vol Wissel-brieven, vol Retour, en vol Factory, Vol konnossementen, en vol Konvoy-biljetten, En Kamers vol Journaels, Schuldt-boeken, Alphabetten, En Riemen kladt papiers, van loopende uyt-gift, En Tafels vol chijffers, en schalien vol schrift! Te regt zou men er zich over beklagen, dat de geestige Breero, welke ons in deze weinige regelen de stoffaadje van een koopmanskantoor zijner dagen heeft geschilderd, er geene tekening van de klerken zijns tijds bijvoegde, als het minder waarschijnlijk was, dat men het beroep, waarvoor thans een patent van kantoorbediende wordt vereischt, toen naauwelijks kende. Immers, het valt ligt zich een' zeehandelaar der zeventiende eeuw voor te stellen, die slechts een factotum voor het loopende werk nahield, en misschien een' boekhouder bezoldigde welke wekelijks eenige uren de zaken kwam bijschrijven,--tenzij de zucht voor geheimhouding, onzen handel eigen, den man aanspoorde, geen derde toe te vertrouwen, wat niemand behoefde te weten, dan hij en zijne vrouw. Er zou harmonie zijn geweest tusschen dat vele zelfdoen en de overlevering, die ons vertelt, dat Jan de Witt maar een' dienaar had.--Ik tart u echter uit, u de paruik van den kleinzoon diens koopmans voor den geest te brengen, zonder dat zich, in uwe verbeelding, rondom dat hoofdtooisel met eene krulbatterij, een aantal jeugdige oude mannetjes groepeert, op het kantoor te
PREV.   NEXT  
|<   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64  
65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   >>   >|  



Top keywords:

zijner

 

kantoor

 

misschien

 

loopende

 

naauwelijks

 

Immers

 

zeehandelaar

 

factotum

 
nahield
 

boekhouder


slechts

 

stellen

 

zeventiende

 

bijvoegde

 

Breero

 

weinige

 

regelen

 
koopmanskantoor
 

stoffaadje

 

geestige


beklagen
 

schrift

 

schalien

 

geschilderd

 

waarvoor

 

patent

 

kantoorbediende

 

beroep

 

waarschijnlijk

 

klerken


tekening

 

minder

 

vereischt

 
geheimhouding
 

echter

 
kleinzoon
 

paruik

 

dienaar

 

overlevering

 

zelfdoen


vertelt

 
koopmans
 
aantal
 
krulbatterij
 

jeugdige

 

groepeert

 
mannetjes
 

hoofdtooisel

 

rondom

 

brengen