aan alle heeren en edelen, om zich naar fransche mode te kleeden,
en in het publiek te verschijnen anders dan met de toga; op straffe
voor eerstgenoemden, om gedurende drie jaren geen zitting in den
Senaat te mogen nemen; en voor de anderen, om gedurende dienzelfden
tijd geen lid te kunnen worden van den Raad.
Zoo als men ziet, waren deze aristokraten voor zich zelven niet minder
streng dan voor anderen, veeleer het tegendeel. Trouwens, ook deze
trek heeft Ragusa met Venetie gemeen. De jonge edellieden, die op hun
achttiende jaar rechtens in den Grooten Raad zitting mochten nemen,
gedurende drie jaar van dat recht te berooven, omdat zij een vreemde
mode volgen, is zeker bar genoeg.
XIV.
Voor de eerste maal, in een armoedige herberg tusschen Knin en
Sebenico; voor de tweede maal te Ragusa, in een kruidenierswinkel;
voor de derde maal eindelijk in een pover kroegje te Borgho-Pille,
waar de karavanen een teug van den nationalen drank, de slivovitza
(pruimebrandewijn) komen drinken,--heb ik de guzlars de nationale
volksliederen van Servie hooren zingen.
De guzla, het instrument dat dezen zang begeleidt, is minder dan
eenvoudig: het is bijna barbaarsch: een enkele snaar over een soort
van lederen mandoline, met een buitengewoon langen steel, gespannen,
ziedaar alles. De strijkstok is een soort van houten boog, waaraan
mede een enkele snaar bevestigd is. De guzla hangt in de slavische
herberg aan den wand, even als in Spanje de guitaar of pandero aan
den wand der posada; en diegene onder de gasten, die de servische
zangen het beste uit zijn hoofd kent, neemt het instrument van
den muur en begint te zingen. Hij houdt de guzla tusschen de beide
knieen, even als een violoncel, en begint met enkele hooge noten;
weldra groepeert zich de schare om hem heen; aanvankelijk luistert
men met zeer weinig aandacht: men gaat en komt, loopt heen en weer,
verricht allerlei bezigheden en hindert den zanger; inmiddels gaat
hij voort met zijn lied; de toehoorders worden aandachtig; er vormt
zich een kring om hem, die telkens aangroeit; weldra heerscht er
algemeene stilte en belangstelling. Sommigen leunen zwijgend tegen
den muur; anderen, op zakken liggende, neergehurkt, met de beenen
onder het lijf gevouwen, zitten roerloos; niemand spreekt een woord;
de voorbijgangers, die een kop koffie of iets anders verlangen, treden
voorzichtig naar binnen en geven zwijgend een teeken. De stem van
den zanger is al hooger geklommen; hij windt zi
|