FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   408   409   410   411   412   413   414   415   416   417   418   419   420   421   422   423   424   425   426   427   428   429   430   431   432  
433   434   435   436   437   438   439   440   441   442   443   444   445   446   447   448   449   450   451   452   453   454   455   456   457   >>   >|  
lekken: Persagno, geheel langs het strand gebouwd, Dobrota, Mulla, Verba, en eindelijk Cattaro. Naarmate wij deze laatste stad, geheel aan het einde der Bocca gelegen, naderen, neemt de natuur een strenger, woester karakter aan. De weelderige plantengroei langs de berghellingen houdt geheel op; ge ziet geen andere boomen, dan enkele rijen, langs den oever geplant; schier loodrecht stijgt de naakte, wilde rots omhoog: het is een ontzaglijk tafreel, dat de ziel bijna met schrik vervult. Cattaro is de hoofdstad van de kreits, die Castel-Nuovo, Cattaro en Budua omvat, de laatste stad van Dalmatie, aan de grenzen van Albanie. De geheele kreits telt honderd-vier gemeenten: zij is de kleinste van de provincie. De afstand tusschen Dobrota en Cattaro bedraagt niet meer dan anderhalve mijl; de stad ligt tegen den berg geleund, geheel aan het einde van de Bocca, aan de uiterste grens der oostenrijksche monarchie. De afstand tusschen de zee en de montenegrijnsche grens is zoo gering, dat men met een stuk geschut, op de bergtoppen van Montenegro geplaatst, de schepen in de baai voor Cattaro zou kunnen beschieten. De lezer, die zich een juist denkbeeld wil vormen van de zonderlinge ligging dezer stad, heeft slechts een blik te werpen op de plaat, bladz. 248. Tusschen de zee en de rotsen ingeklemd, waartegen hare vestingwerken opklauteren, schijnt het inderdaad of men, om de noodige ruimte voor de stad te vinden, den berg heeft uitgehouwen en de huizen tegen de rots aangeplakt. Ge ziet hier eene kerk, waarvan de voorgevel op een pleintje uitkomt, dat gelijkvloers met de kaai ligt, maar die geen achtergevel heeft, omdat zij zich daar in den berg verliest, wiens dreigende rotswanden hoog boven hare torens hemelwaarts rijzen. Blijkbaar heeft men, niet zeer lang geleden, eene breede kaai in het water uitgebouwd, om eene geschikte aanlegplaats te verkrijgen. Op die kaai, voor den muur der eigenlijke stad, staan eenige rijen fraaie boomen; dit is de geliefkoosde wandelplaats, waar altijd drukte en beweging heerscht. Hier komen ook de stoombooten aan, die dezen verloren uithoek in verbinding brengen met de buitenwereld. De laatste baai vormt geen circus, maar een scherpen driehoek; juist aan den top van dien driehoek ligt Cattaro, dat rechts en links ingesloten is door hooge bergen, die de zonnestralen onderscheppen. Als de zon op het hoogst staat, beschijnt zij toch slechts de toppen der rotsen, die zij met purperen goudglans tooit.
PREV.   NEXT  
|<   408   409   410   411   412   413   414   415   416   417   418   419   420   421   422   423   424   425   426   427   428   429   430   431   432  
433   434   435   436   437   438   439   440   441   442   443   444   445   446   447   448   449   450   451   452   453   454   455   456   457   >>   >|  



Top keywords:

Cattaro

 

geheel

 

laatste

 
tusschen
 

afstand

 
kreits
 

boomen

 
rotsen
 

Dobrota

 
slechts

driehoek

 
uitkomt
 
rijzen
 
hemelwaarts
 

ruimte

 
torens
 

Blijkbaar

 

pleintje

 

inderdaad

 
geleden

noodige

 

vinden

 
achtergevel
 

voorgevel

 

aangeplakt

 

verliest

 

huizen

 

uitgehouwen

 

rotswanden

 

gelijkvloers


dreigende

 

waarvan

 

wandelplaats

 
rechts
 

ingesloten

 

buitenwereld

 
brengen
 

circus

 
scherpen
 

bergen


zonnestralen

 
toppen
 

purperen

 
goudglans
 

beschijnt

 

onderscheppen

 
hoogst
 

verbinding

 

uithoek

 

eigenlijke