FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   327   328   329   330   331   332   333   334   335   336   337   338   339   340   341   342   343   344   345   346   347   348   349   350   351  
352   353   354   355   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   >>   >|  
de riemen, de zeilen en de reusachtige katoenbalen aan boord worden gedragen. Wij volgen op onze beurt: drie mannen, twee oude vrouwen, een kind en ik. Ik kijk nog eens naar het weer: in de baai is het stil, maar uit het zuidoosten komen met groote snelheid zwarte lage wolken opzetten, die ons overvloedig met regen overstroomen. Ik maak de eigenaar opmerkzaam op het ongunstige voorkomen der lucht. Hij antwoordt: "Mea matai!" (zeer goed)--"Dan, vooruit maar!" Onze roeiers brengen ons spoedig aan de andere zijde der baai: er is nog geen wind. Het buitenste rif ligt achter ons; daar gaat een geweldige branding: de hooge woeste golven schijnen zich te willen vereenigen met de zwarte wolken, die daarover heen jagen. De zeilen worden geheschen: naarmate wij in de open zee komen, laat de wind zich sterker gevoelen; de hemel wordt al donkerder; de wind groeit tot een storm, en weldra zijn wij verplicht onophoudelijk het water uit te scheppen, dat over den rand der sloep heenslaat. Een felle windvlaag verbrijzelt onzen mast; de regen valt bij stroomen neder; en hoewel wij vrij dicht bij Tahiti zijn, kunnen wij toch niets van de kust onderscheiden. De wind drijft ons met snelheid voort, en ik begin mij ernstig ongerust te maken over den afloop van onzen tocht. Het kanaal van Papeete is, zooals ik zeide, niet meer dan eene smalle opening in het rif: missen wij die, dan zal de sloep ongetwijfeld op de koraalbank verbrijzeld worden. Weldra hooren wij het donderend gebrul der golven, die met woest geweld op het rif aanrollen: het kritieke oogenblik nadert. Bij het voor een oogenblik doorbrekend licht, zien wij gedurende eenige sekonden het eilandje Motoe-Oeta, waarvan de kokosboomen door den storm heen en weer worden geschud: wij zijn dus in de goede richting. Echter is het gevaar nog niet geweken: geweldige golven bewegen zich in schuine richting door het kanaal: het is bijna onmogelijk, dat wij zonder ongelukken daar doorkomen. Wij zijn voor den ingang: en dank zij de vastberadenheid en bekwaamheid onzer manschappen, dank zij ook de bescherming des hemels, komen wij zonder ongeval, door de machtige golven gedragen, in de kalme baai van Papeete, van nu af veilig achter de zware dijken van koraal, waarop de machtelooze oceaan vergeefs zijne woede verspilt. V. De Tahitianen behooren mede tot de groote volkenfamilie, die al de eilanden bewoont, begrepen binnen een lijn, die, uitgaande van Nieuw-Zeeland, de Wallis-eilanden
PREV.   NEXT  
|<   327   328   329   330   331   332   333   334   335   336   337   338   339   340   341   342   343   344   345   346   347   348   349   350   351  
352   353   354   355   356   357   358   359   360   361   362   363   364   365   366   367   368   369   370   371   372   373   374   375   376   >>   >|  



Top keywords:

golven

 

worden

 
achter
 

kanaal

 

Papeete

 
geweldige
 
richting
 
oogenblik
 

zonder

 

wolken


gedragen
 

eilanden

 

snelheid

 
groote
 
zeilen
 
zwarte
 
kritieke
 

binnen

 

aanrollen

 
nadert

behooren

 

Tahitianen

 

gedurende

 

doorbrekend

 

bewoont

 
geweld
 

volkenfamilie

 

begrepen

 

gebrul

 

smalle


Zeeland

 

afloop

 
Wallis
 

zooals

 

opening

 

missen

 

Weldra

 
hooren
 

donderend

 

eenige


uitgaande

 

verbrijzeld

 

ongetwijfeld

 

koraalbank

 

waarvan

 
bekwaamheid
 
manschappen
 

vastberadenheid

 

waarop

 

ongelukken