rden getrokken. Nu en dan komen wij eene kleine
armelijke karavaan tegen, waarvan al de vrouwen schrijlings te paard
zitten, de voeten rustende in een van touw gevlochten stijgbeugel.
Een met moerbezienboomen beplante weg brengt ons te Kistagne. Sommige
eigenaardigheden van het kostuum verraden hier de nabijheid van
Turkije: de oude vrouwen bedekken reeds het benedenste gedeelte van
haar gelaat, terwijl de jonge meisjes haar aangezicht onbedekt houden;
alle mannen dragen een tulband, en de meesten hebben in hun gordel
een lange houten pijp met een kop van gebakken aarde. De bevolking
behoort tot de grieksche Kerk; in de tien dorpen, die tot het kanton
van Kistagne behooren, vindt men slechts enkele katholieke familien. De
vlakte is uitgestrekt en tamelijk vruchtbaar: sedert ons vertrek van
Zara, hebben wij nog zoo veel boomen als hier niet bijeen gezien. Voor
het eerst bespeuren wij op den rotsgrond eene laag vruchtbare aarde
van eenige dikte. Vroeger was er te Kistagne een sirdar gevestigd,
een hoofdman der pandoeren, onder de bevelen staande van den kolonel
van het distrikt. De oostenrijksche regeering heeft, op de meeste
plaatsen, deze soort van plaatselijke milicie afgeschaft en door haar
bureaukratie en gendarmerie vervangen. De oorspronkelijke organisatie
dagteekende uit den tijd der Venetianen. Dalmatie was destijds verdeeld
in zee- en landdistrikten; de sirdars waren toen in de eerste plaats
burgerlijke overheidspersonen, die tevens recht spraken in alle
civiele geschillen, waarbij geen hooger bedrag dan van tien gulden
betrokken was. Zij hadden onder hunne bevelen de plaatselijke milicie
der pandoeren, die, zoo als ik reeds gezegd heb, niets anders waren
dan gewapende boeren, bij beurte een of twee dagen in de week dienst
doende, naar gelang van omstandigheden, en die, in geval van nood,
eene niet onaanzienlijke macht konden op de been brengen.
Even voor wij aan Kistagne komen, juist waar de Kerka den weg snijdt,
slaan wij ter zijde af om een blik te werpen op de diepe kloof, waarin
deze rivier stroomt, en op enkele romeinsche bogen, aan den zoom
dezer diepte verrijzende. De plek heet Archi-Romani of Soupiaia: eene
verbastering van Supplia zarkva (doorboorde kerk). Daar stond de oude
stad Burnum, waarvan nu niets meer overig is dan deze bogen. De Kerka
vormt, op korten afstand van deze plek, in haar smalle vallei, een
fraaien waterval van eenige ellen hoogte. Behalve dezen val heeft de
Kerka nog twee andere
|