FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   226   227   228   229   230   231   232   233   234   235   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250  
251   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   >>   >|  
arnevens opent zich een grot: het Drakenhol; het monster zwerft door de sombere gangen en spleten van den hoogen kalkberg, en werpt, door de gaten en scheuren in de rots, een blik in de stille vallei. Gelukkig kunnen noch de fee, noch de draak langer kwaad stichten, want een der rotsen, die ge daar ginds boven de boschrijke hellingen ziet oprijzen, draagt den naam van de Bisschopsrots: en ge begrijpt dat de kerkvoogd niet heeft verzuimd, van zijn hoogen zetel de machten der duisternis onschadelijk te maken. Aan de andere zijde der vallei lokt u een liefelijker tafreel: de hellingen zijn minder steil; de rotsen hebben een minder dreigend voorkomen; de plantengroei is weelderiger; een zilveren beek treedt eensklaps uit het groen te voorschijn, en stort zich, met een bevalligen sprong, in den Koeroes. Wat mij bovenal trof, was dat het land hier inderdaad zijn hongaarschen naam Erdely, Land der Wouden, ten volle verdiende. Aan alle kanten, niet slechts op de zacht glooiende heuvelen, maar ook op de steile rotswanden, overal waar maar een spleet of scheur voor de wortels gelegenheid bood om zich vast te hechten, zag ik bosschen en kreupelhout. Alom teekende zich het donkergroene gebladerte scherp af, hier tegen de witachtig grijze wanden der kalkrotsen, elders tegen den roodachtigen zandsteen of de metaalkleurige tinten van het glimmer-schiefer. Bij het verlaten van iederen tunnel, bij elke kromming van den weg, omringde ons op nieuw het woud: de heerlijke, verkwikkende geuren van het groote bosch woeien ons tegen op den adem des winds. Weinig vermoedde ik, dat ik reeds morgen in dit Land der Wouden, door naakte, boomlooze vlakten zou trekken, waar zelfs de acacia-boschjes van Hongarije ontbreken. Te oordeelen naar de onzinnige drift, waarmede de industrieelen de boomen omhakken, staat het te vreezen dat ook de vallei van den Sebes-Koeroes haar tooi van groenende wouden niet lang meer zal bezitten. Dennen balken drijven in lange rijen op de rivier, en stapelen zich op tot kleine eilandjes; bij elk station ziet men houtzagerijen, waar bergen van planken gereed liggen tot verzending; zwaar beladen wagens wachten op alle zijwegen. Het hout wordt hier voor allerlei doeleinden gebruikt; zelfs de bermen der spoorwegen zijn met een beslagwerk van takken belegd, waarvoor men toch zeer gemakkelijk steen had kunnen gebruiken. Het begon donker te worden. Ik stapte uit aan het dorp Csucsa (spreek uit Tshoetsha), en liet den trein do
PREV.   NEXT  
|<   226   227   228   229   230   231   232   233   234   235   236   237   238   239   240   241   242   243   244   245   246   247   248   249   250  
251   252   253   254   255   256   257   258   259   260   261   262   263   264   265   266   267   268   269   270   271   272   273   274   275   >>   >|  



Top keywords:

vallei

 

hellingen

 

rotsen

 

minder

 

Koeroes

 

hoogen

 
kunnen
 
Wouden
 

Hongarije

 

vreezen


boschjes

 

acacia

 

oordeelen

 

omhakken

 

waarmede

 

boomen

 

onzinnige

 

industrieelen

 

ontbreken

 
vlakten

heerlijke

 

verkwikkende

 

groote

 

geuren

 

omringde

 

iederen

 

verlaten

 

tunnel

 
kromming
 

woeien


naakte

 

boomlooze

 

groenende

 

morgen

 

Weinig

 
vermoedde
 

trekken

 

balken

 

waarvoor

 

gemakkelijk


belegd

 
takken
 

gebruikt

 

doeleinden

 

bermen

 

spoorwegen

 
beslagwerk
 

gebruiken

 

Tshoetsha

 
spreek