ari 1875, ten acht uur
des avonds.--Personen:--Generaal Sheridan met zijn staf; de
luitenant-gouverneur Penn, senatoren, leden van het Congres,
vreemde consuls, scheepgezagvoerders, korrespondenten van
dagbladen, ordonnans-officieren, koeriers, telegraafbeambten,
en voorts eene groote menigte, waaronder twee engelsche
reizigers.--Temperatuur:--kookpunt van het kwik.
"Bereidt u voor op eene vechtpartij," zegt eene welbekende stem,
als wij uit de eetzaal in de Rotonde komen. De zaak is aan den gang
en moet nu tot eene beslissing komen. Treedt Grant terug, dan zal
het vrede zijn; zoo niet, oorlog. Let op! Voor gij naar bed gaat,
zal het uitgemaakt zijn."
De middenzaal of hal van ons hotel is een reusachtig vertrek--de
rotonde van een gebouw, dat in Italie den naam van paleis zou dragen:
zij dient tegelijk tot conversatiezaal, tot wandelplaats, tot divan,
tot societeit en tot beurs. Hier komen handelaars om te koopen en
te verkoopen; spelers om hunne schulden te vereffenen; duellisten
om getuigen te zoeken; hier komt iedereen vooral ook om nieuws te
vernemen en zijne kennissen te ontmoeten. Hier komen telegrammen aan
uit alle oorden der wereld. Hier gaan de dagbladen van hand tot hand,
en wordt ijverig over de politiek geredekaveld. Alle vreemdelingen
nemen hun intrek in dit hotel, en de burgers van Nieuw-Orleans, die
hen over zaken te spreken hebben, komen hen zoeken in deze hal, het
centraal-punt der stad, waar ge bijna van alles krijgen en iedereen
ontmoeten kunt.
Dezen avond vooral levert onze Rotonde een zeer eigenaardigen aanblik
op. Generaal Sheridan, in burgerkleeding, staat bij een pilaar, zijn
sigaar rookende en met zijn vrienden pratende. Is het bloot toeval
of voorbedachtelijk, dat hij met zijn rug tegen dien pilaar leunt,
zoodat hij van achteren tegen iederen aanval gedekt is? Rondom
hem beweegt zich eene onrustige, opgewonden menigte van burgers,
waaronder velen die beroemde historische namen dragen. Onder hen
bevinden zich ook de generaals Ogden, Tailor en Penn. Die kreupele,
die zich daar een weg door de menigte baant, is generaal Badger,
nauwelijks van zijne wonden hersteld. De heeren nevens Sheridan,
mede in burgerkleeding, zijn generaal Emory en kolonel Sheridan,
een jonger broeder van den opperbevelhebber.
Bandieten! Hoe de zuidelijke trots en de zuidelijke drift opvlammen
in het oog dier senatoren en generaals, als zij statig en ernstig de
zaal doorgaan, zoowel door beleefdheid als door bedach
|