ben een blanken gouverneur, een blanken staatssecretaris, een
blanken opperrechter.
--Zoudt ge dan willen dat een zwarte opperrechter de plaats innam
van Daniel Agnew?
--Wel, Mijnheer, zouden wij dan geen raadsheer, geen brievenbesteller,
geen policie-agent van onze kleur mogen hebben? In New-Jersey, aan de
overzijde van de Delaware, vindt ge zwarte policie-commissarissen en
zwarte magistraten. In Pennsylvanie noemen wij ons ook republikeinen,
maar geen enkele kleurling bekleedt daar eene openbare betrekking,
behalve die van portier in de gevangenissen: en die beambten moeten
hun eigen kamer aanvegen en hun eigen muren witten! Is dat gelijkheid?"
Griffin is openhartig. Hij heeft de kunst niet geleerd om leelijke
zaken in fraaie woorden te kleeden, en zegt u zonder omwegen, dat
hij gaarne ook zijn vingers in de schatkist wil steken.
De staat van zaken te Charleston is bevredigend: bevredigender dan
men zou verwachten onder het bestuur van carpet-baggers, met eene
Kamer voornamelijk uit negers bestaande, en met een federaal leger
in bezetting.
Daniel H. Chamberlain, de gouverneur, is uit Nieuw-Engeland
geboortig, en te Charleston gekomen, zoo als William P. Kellogg te
Nieuw-Orleans kwam: met een reiszak, aangename manieren en een gladde
tong. Hij is een geruimen tijd aan het bestuur geweest, en door
de conservatieven, trouwens niet zonder goede reden, allerheftigst
bestreden; maar tegenwoordig wijzigt hij zijn politiek: hij beteugelt
de uitspattingen van zijne vrienden de kleurlingen, en luistert
meer en meer naar de blanke minderheid. Gematigde conservatieven,
zoo als kapitein Walker en George A. Trenholm, zijn niet ongezind
hem te steunen en te helpen, in plaats van tegen hem te stemmen,
te spreken en te intrigeeren. Chamberlain heeft veel kwaad gesticht,
en zal misschien nog meer kwaad stichten. Bekwamer dan Kellogg, zijn
hem daarbij de omstandigheden in Zuid-Carolina gunstiger. Chamberlain
wordt gesteund door eene overwegende zwarte meerderheid. Hij heeft
ook in het Noorden meer invloed dan Kellogg: niet omdat de burgers
van Boston en New-York hem beter kennen of hooger schatten dan zijn
mededinger, maar omdat de schuld van Charleston hun levendiger voor
den geest staat dan de schuld van Nieuw-Orleans. Welke maatregelen
van bedwang en onderdrukking hij ook mocht voorstellen, steeds zou
Chamberlain kunnen rekenen op den steun van het Congres en de sympathie
van alle steden van het Noorden. Want de schuld va
|