eschermen, wordt hij
zelf gegrepen en door de soldaten vastgehouden. Nadat het laatste
conservatieve lid aldus door geweld was verwijderd, rijst Wiltz op,
geeft met plechtig gebaar een teeken dat stilte gebiedt, en spreekt
op ernstig droeven toon:
"Als wettig voorzitter der Kamer van vertegenwoordigers van Louisiana,
heb ik geprotesteerd tegen deze overrompeling onzer vergadering door
soldaten van de Vereenigde-Staten, met gevelde bajonetten en geladen
geweren. Onze broeders zijn voor onze oogen met geweld aangegrepen en
weggevoerd, in spijt van hun plechtig protest. Een troep soldaten heeft
deze zaal der volksvertegenwoordigers bezet, en wij hebben tegen die
daad geprotesteerd. In den naam van een weleer vrij volk, in den naam
van den weleer vrijen staat Louisiana, in den naam onzer amerikaansche
Unie, protesteer ik op nieuw plechtig tegen dit misbruik der militaire
macht. Mijn voorzittersstoel is door soldaten omringd. Onze ambtenaren
worden door hen gevangen gehouden. Leden der wetgevende macht, ik
verklaar plechtiglijk dat Louisiana heeft opgehouden een souvereine
staat te zijn, en niet langer eene republikeinsche regeering bezit. Ik
noodig alle vertegenwoordigers van ons land uit, met mij voor deze
gewapende tusschenkomst te wijken."
Dit gezegd hebbende, heft Wiltz de zitting op en verlaat de
zaal, gevolgd door al de conservatieven; hij gaat naar de straat
Saint-Louis, vergezeld door eene overtalrijke menigte, die hem
met luide toejuichingen begroet. In het huis N^o. 71 van de straat
Saint-Louis vinden de afgevaardigden een geschikt lokaal, en na daarvan
formeel bezit te hebben genomen, wordt de Kamer op reces gescheiden.
Kellogg heeft niet veel voldoening van zijn zegepraal. Zijne
heftigheid heeft de zaken niet beter, maar veeleer erger gemaakt. De
vier conservatieve leden, hoezeer door geweld verdreven, zijn
niet bij stemming van hun recht vervallen verklaard; en dit kan
nu niet meer geschieden, zelfs niet met een schijn van wettigheid,
want de overblijvende neger-vergadering blijft beneden het voor een
besluit vereischte getal van zes-en-vijftig stemmen. Wiltz is als
president beeedigd, en als president heeft hij de vergadering belegd
in de straat Saint-Louis. Alles wel beschouwd, ziet Kellogg dat hij
op ieder punt geslagen is, en zwakker dan ooit te voren. Noch hij,
noch zijn mededinger kan eene wettige vergadering beleggen, en zonder
dat is geene regeering mogelijk.
De toestand schijnt een dictator te
|