muren zijn uit groote gehouwen steenen, waarvan sommigen de gedaante
van een parallelogram vertoonen, opgetrokken; een nog ongeschonden
vierkante toren, ten zuidoosten, en een half vernielde ronde toren, ten
noordoosten, dienden blijkbaar tot verdediging van de poorten. Aan de
westzijde verheft zich een tweede vierkante toren boven een loodrechten
rotswand. Van hier overziet de blik de gansche bergstreek tot aan
den Hymettus en de vlakte van Athene, waarvan de Akropolis zich in
schemerende omtrekken tegen den achtergrond der zee afteekent. Langs
de geheele keten van den Parnas waren vestingwerken aangelegd, die
dit natuurlijke bolwerk van Attika nog sterker moesten maken. Van
die vestingwerken is de citadel van Eleutheres het voornaamste en een
der merkwaardigste monumenten van de grieksche militaire architektuur.
Wij begonnen nu de steile hellingen van den Kitheron te beklimmen,
tot aan den pas, die de eigenlijke grensscheiding tusschen Attika en
Beotie vormt. De hooge bergvlakten en de weg zelf waren als overdekt
met kudden schapen, die door de herders werden bijeengedreven om naar
de winterweiden te worden geleid; deze winterweiden bevinden zich in de
vlakten van Attika en vooral in de omstreken van Vari, tusschen Athene
en kaap Sunium. Voorop gingen de vrouwen en de kinderen met een kleinen
mageren ezel, die een paar gestreepte dekens, eenige levensmiddelen en
een ketel droeg. Nevens de kudden gingen, midden door het struikgewas,
de herders met hunne honden, woeste dieren, die met luid geblaf op
ons aanstormden en in de wielen van het rijtuig beten. Zoo gaat de
tocht langzaam, met kleine dagreizen, voort. Bij de putten houdt men
stil om de kudden te drenken en de schapen te laten grazen in het
welriekende heidekruid, dat de gansche streek bedekt. Om een afstand
van vijftien mijlen af te leggen, hebben deze karavanen even zoo veel
dagen noodig. In de lente, wanneer de hitte in de vlakte ondragelijk
wordt, wanneer de grond hard wordt als metaal en het gras verdort en
verdroogt, wanneer het water in de putten wegzinkt, dan verlaten de
herders hunne uit boomtakken gevlochten hutten, om terug te keeren
naar de hooge bergvlakten van den Parnassus en den Kitheron.
Spoedig hadden wij den hoogen bergpas bereikt, waar de blik geheel
Beotie overziet. Een prachtig panorama! Voor onze voeten breidt zich de
wijde vlakte van Thebe uit, stralende van licht, met de slagvelden van
Platea en Leuktra, vanwaar dichte stofwolken oprijz
|