FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65  
66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   >>   >|  
n mooi kleurtje aan?--om daar mijn geld zoek te maken. Wat zou ik doen? Varen, loopen of rijden? Varen? Dank-je, dat was wat al te saai, daar en had ik geen lust in! Loopen? Eene lieve wandeling van Enkhuizen naar Amsterdam! Rijden? Wel ja, dat moest ik eens doen! Ik had het zeker in geen twintig jaren gedaan!-- Dat was dus besloten! Ik zou rijden!-- Toen ik goed en wel op weg was, had ik er wel spijt van en dacht ik aan het zeggen van een oud kameraad: "Liever met eene oude schuit op zee, dan met eenen nieuwen wagen op het land," maar, ik had gekozen en 'k wilde nu niet als een echte flauwerd terug krabbelen. Half ziek van het hotsen en schudden kwam ik's avonds om tien uur te Amsterdam aan.--Er was weinig verkeer meer op straat, doch aan den IJkant hoorde ik uit eene kleine taveerne een vroolijk gelach klinken.-- Waar gelachen werd daar moest ik wezen, dat zou me wat opknappen. Ik trad de taveerne binnen en kon in het eerst bijna niets onderscheiden, zoo vol was het met toebacksrook. Eene kaars, die op eene toonbank stond, geleek veel op een maantje in 't laatste kwartier dat in den mist opkomt. Ik hield de handen voor de oogen en ontdekte eindelijk aan een tafeltje, waar nog zoo'n laatst-kwartier-maantje stond te walmen, een stuk of zes matrozen. Ik schikte bij en weldra moest de nieuweling een rondje bier geven. De pijpen werden nog eens aangestoken, en de pret begon opnieuw. Maar of het nu kwam door den rook, door het bier of door de vermoeienissen van de reis, ik en weet het niet, doch dat weet ik wel, dat ik op het laatst wat hoorde gonzen en babbelen; maar ik sliep eindelijk zoo vast, dat men wel een kanon aan mijne ooren had kunnen afschieten eer ik wakker was geworden. Hoe lang ik geslapen had weet ik niet; maar ik werd wakker toen de zon al lang aan den hemel stond, en niet in de gelagkamer van de taveerne, maar op een' steekwagen, die op straat onder eene poort stond.--Ik wreef mijne oogen eens uit, ging overeind zitten en trachtte mij te herinneren waar ik den vorigen avond geweest was. Zou ik soms...? Ik voelde naar mijnen buidel en ... hier niet, daar niet,--weg! In een oogenblik was ik van den steekwagen aan den IJkant! Maar inplaats van eene taveerne te vinden, zag ik er wel meer dan een dozijn en zij geleken allen op elkander als de eene droppel water op den anderen.--Ik ging ze binnen, doch werd overal ruw bejegend, ja, soms dreigde men mij met den Schout.-- Wat moest ik doen?-- "Zoek-j
PREV.   NEXT  
|<   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65  
66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   >>   >|  



Top keywords:

taveerne

 
steekwagen
 

kwartier

 

laatst

 

eindelijk

 

hoorde

 

IJkant

 

binnen

 
straat
 

wakker


maantje

 

rijden

 

Amsterdam

 

overal

 

gonzen

 
babbelen
 

vermoeienissen

 

aangestoken

 
anderen
 

opnieuw


matrozen

 

Schout

 

schikte

 

walmen

 
dreigde
 

pijpen

 

rondje

 

bejegend

 

weldra

 

nieuweling


werden

 

buidel

 
gelagkamer
 
oogenblik
 

mijnen

 

vorigen

 

herinneren

 

trachtte

 

voelde

 

overeind


zitten

 
inplaats
 

dozijn

 

geleken

 

droppel

 

elkander

 

geweest

 

kunnen

 
vinden
 
geslapen