FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112  
113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   >>   >|  
j heeft toch geen betere. LONA. En wat doet het er toe of zoo'n maatschappij gesteund wordt of niet? Wat is het, waar hier aan gehecht wordt? Schijn en leugen ... en anders niets. Hier leef jij nu, de eerste man van de stad, in heerlijkheid en vreugde, in macht en aanzien, jij die een onschuldige als misdadiger gebrandmerkt hebt. BERNICK. Denk je soms dat ik 't niet diep voel dat ik hem onrecht aangedaan heb? En denk je soms dat ik niet bereid ben dat onrecht weer goed te maken? LONA. Waarmee? Met de waarheid te zeggen? BERNICK. En zoo iets zou je van mij kunnen vergen? LONA. Waarmee anders kan je zoo'n onrecht weer goed maken? BERNICK. Ik ben rijk, Lona. Johan kan van mij eischen wat hij wil.... LONA. Ja, bied hem eens geld aan, dan zal je eens hooren wat hij je antwoordt. BERNICK. Weet jij wat zijn plannen zijn? LONA. Neen, sedert gisteren zegt hij niets meer. Het is of dat alles hem opeens tot een volwassen man gemaakt heeft. BERNICK. Ik moet hem spreken. LONA. Daar heb je hem. (_Johan komt van rechts_). BERNICK (_naar hem toegaand_). Johan...! JOHAN (_afwerend_). Eerst ik. Gisteren ochtend gaf ik je mijn woord dat ik zwijgen zou. BERNICK. Dat deed je. JOHAN. Maar toen wist ik nog niet.... BERNICK. Johan, laat mij met een paar woorden maar zeggen, hoe de zaak in elkaar zit.... JOHAN. Dat 's niet noodig; ik begrijp het heel best. Het huis Bernick had toen een moeilijken tijd; en omdat ik weg was en jij met den naam van een weerlooze doen kon wat je wou.... Wel, ik wil je daarover niet zoo heel hard vallen; we waren allebei jong en lichtzinnig in die dagen. Maar _nu_ heb ik de waarheid noodig en nu moet je spreken. BERNICK. En juist nu heb ik mijn heele prestige noodig en daarom kan ik nu niet spreken. JOHAN. Van die verzinsels die je over mij hebt uitgestrooid trek ik mij niet veel aan. Maar dat andere ... daarin moet je schuld bekennen. Dina moet mijn vrouw worden en hier, hier in de stad, wil ik met haar leven en huishouden. LONA. Wil je dat heusch? BERNICK. Met Dina? Als je vrouw? Hier in de stad? JOHAN. Ja ... hier; juist hier wil ik blijven om al die leugenaars en kwaadsprekers te trotseeren. Maar om haar tot mijn vrouw te kunnen maken, is het noodzakelijk dat jij mij rehabiliteert. BERNICK. Heb je bedacht dat als ik het eene beken ik daarmee ook het andere op mij nemen moet? Je zult zeggen dat ik uit onze boeken kan bewijzen dat er geen onregelmatigheden hebb
PREV.   NEXT  
|<   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   99   100   101   102   103   104   105   106   107   108   109   110   111   112  
113   114   115   116   117   118   119   120   121   122   123   124   125   126   127   128   129   130   131   132   133   134   135   136   137   >>   >|  



Top keywords:

BERNICK

 
onrecht
 

noodig

 

zeggen

 

spreken

 

waarheid

 
Waarmee
 
andere
 

kunnen

 
anders

allebei

 

vallen

 

bewijzen

 

lichtzinnig

 

verzinsels

 

daarom

 

prestige

 

daarover

 
moeilijken
 

Bernick


uitgestrooid

 

weerlooze

 

onregelmatigheden

 

trotseeren

 
noodzakelijk
 

rehabiliteert

 
kwaadsprekers
 

leugenaars

 

bedacht

 
daarmee

blijven

 

bekennen

 

schuld

 

daarin

 

betere

 

worden

 
boeken
 

heusch

 

huishouden

 

elkaar


hooren

 

eerste

 

antwoordt

 

leugen

 
gisteren
 
sedert
 

plannen

 

eischen

 
gebrandmerkt
 

bereid