FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  
an heden af, de helft mijner inkomsten u toebehoort...." "O, ik wil niet," riep de jonge vrouw. "Ik zweer voor God," hernam mevrouw Van Valburg, "dat ik het deel, dat ik mij onrechtvaardig heb toegeeigend, niet meer aanraken zal! En ik bid u, Carolina, zuster, weiger het niet. Zult gij mijne smart door uwe verwerping verbitteren? Ho, indien ik niet op mijne knieen uwe toestemming afsmeek, is het, omdat ik zwak en tot lamheid toe afgemat ben. Zeg ja, Carolina, o, zeg het! Gij antwoordt niet?--Het kost te veel aan uw edelmoedig hart dit te aanvaarden? Welnu, ik vraag u geen woord,--slechts eenen kus van verzoening en vergiffenis,--en dat de Heer ons zie!" De twee vrouwen strengelden hare armen om elkanders hoofden en bleven lang in dien kus versmolten.... Iets verhevens, iets hemelsch was er in die verzoening! * * * * * Eenige dagen daarna gingen er zeer langzaam twee vrouwen over de Schoenmarkt: eene harer was uitermate bleek en in den rouw gekleed; de andere scheen jonger en min droef. Een klein jongsken stapte tusschen beiden en hield van elk eene hand. De hoofdkerk ingegaan zijnde, drongen zij door tot achter het hoogaltaar, in de kapel van het heilig kruis. Hier deed de bleeke juffrouw het kind op de voetbank voor het kruisbeeld knielen, vouwde zijne handjes te zamen en sprak weemoedig: "Bid God, Gustaafken ... voor de zieltjes van uwe broederkens en zusterkens, en dank Hem, dat Hij u bij uwe lieve moeder gelaten heeft." Het kind gehoorzaamde plechtiglijk, boog zijn hoofd in eene godvruchtige houding en zuchtte met fijne, doch roerende stem: "Onze Vader, die in de hemelen zijt, geheiligd zij Uw naam!" WEETLUST EN GELOOF ZINNEBEELD Ik wandelde alleen met mijne ziel door de naakte velden. De Winter met zijnen kouden adem had de natuur haar tooisel ontroofd; het geboomte was dor, de bladeren klaterden niet meer,--en alles bracht sombere gedachten in mijn hart op. Terwijl ik naar het raadselwoord dezer natuurversterving zocht, vertraagden de jagingen mijns boezems onder koude gepeinzen. Ik voelde, dat ik de rustende natuur gelijk werd; want somber nadenken verdoofde de levenskracht in mijn lichaam. Het levend raadselwoord stond voor mij! Een grijsaard met gebogen rug zat weemoedig bij de baan, op den stam eens booms, door den storm ontworteld. De wind joeg zijne zilverwitte lokken tegen zijn hoofd op; twee koude tranen rolden door de rimpel
PREV.   NEXT  
|<   35   36   37   38   39   40   41   42   43   44   45   46   47   48   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59  
60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73   74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   >>   >|  



Top keywords:

raadselwoord

 

natuur

 

vrouwen

 

weemoedig

 

verzoening

 
Carolina
 

geheiligd

 

hemelen

 

WEETLUST

 

roerende


zijnen
 

Winter

 

kouden

 

velden

 

naakte

 

ZINNEBEELD

 

GELOOF

 
wandelde
 

alleen

 

mijner


zuchtte

 

Gustaafken

 

zieltjes

 

broederkens

 

zusterkens

 

vouwde

 
knielen
 
handjes
 

toebehoort

 
inkomsten

godvruchtige

 

houding

 

plechtiglijk

 
gehoorzaamde
 

moeder

 

gelaten

 

tooisel

 

grijsaard

 
gebogen
 

levend


lichaam

 

somber

 

nadenken

 

verdoofde

 

levenskracht

 

lokken

 
tranen
 
rolden
 

rimpel

 

zilverwitte