FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154  
155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   >>   >|  
k kwaad heb ik dan gedaan?" "Wel! u heb een pauw geschoten en het is verboden pauwen te dooden, die in gansch Indie als gewijde vogels geeerd worden." "De duivel hale de gewijde vogels en hen, die ze vereeren!" riep kapitein Hod uit. "Deze is nu eenmaal gedood en men zal hem eten.... met eerbied, als je wilt, maar gegeten zal hij worden!" Inderdaad is in dit land der brahmanen, sedert de expeditie van Alexander, de pauw, die zich omstreeks dezen tijd over het schiereiland verspreidde, een dier heilig boven allen. De Hindoes hebben er het zinnebeeld van de godin Saravasti van gemaakt, die voorzit bij de geboorten en huwelijken. Het is verboden dezen vogel te dooden op straffen, die door de Engelsche wet bekrachtigd zijn. Dit exemplaar van het hoendergeslacht, dat de vreugde uitmaakte van kapitein Hod, was prachtig met zijn donkergroene vleugels met metaalachtigen weerglans, aan de randen omzoomd met een smal goud randje. De goed gevulde en met schitterende oogen voorziene staart van den vogel, vormde een prachtigen waaier met zijdeachtige franjes. "Op marsch! op marsch!" zei de kapitein. "Morgen zal "monsieur" Parazard ons pauwenvleesch laten eten, wat al de brahmanen van Indie er van mogen denken! Weliswaar is de pauw maar een verwaand hoentje, maar deze zal met zijn kunstig opgemaakte veeren, toch een goed effect op onze tafel maken!" "Eindelijk ben je dan toch tevreden, kapitein!" "Tevreden.... over u, mijn waarde vriend, maar volstrekt niet over mijzelven! Mijn ongelukkig gestarnte heeft me nog niet verlaten! Kom, op marsch!" Wij keerden dus nu op onze schreden naar den kant van het kamp terug, waarvan wij omstreeks drie mijlen moesten verwijderd zijn. Onze weg liep in bochten tusschen de dichte jungles van bamboes en noodzaakte ons dicht bij elkander te gaan, terwijl Goumi met ons wild een pas of drie achter ons liep. De zon was nog niet verdwenen, doch door dichte wolken omsluierd, zoodat wij onzen weg half in het duister moesten zoeken. Plotseling weerklonk een vreeselijk gebrul in een kreupelbosch rechts. Dit gebrul maakte zulk een geduchten indruk op mij, dat ik eensklaps stil bleef staan, als ondanks mij zelven. Kapitein Hod greep mij bij de hand. "Een tijger!" zeide hij. Daarna uitte hij een vloek. "Bij alle duivels!" riep hij uit, "we hebben slechts hagel op onze geweren!" Het was maar al te waar, en noch Hod, noch Goumi, noch ik, hadden scherpe patronen bij ons! Trouwens z
PREV.   NEXT  
|<   130   131   132   133   134   135   136   137   138   139   140   141   142   143   144   145   146   147   148   149   150   151   152   153   154  
155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174   175   176   177   178   179   >>   >|  



Top keywords:
kapitein
 

marsch

 

omstreeks

 
gebrul
 
brahmanen
 
moesten
 

dichte

 

hebben

 

dooden

 

verboden


gewijde
 
vogels
 

worden

 

noodzaakte

 

bamboes

 

hadden

 

jungles

 

waarvan

 

verwijderd

 

bochten


geweren
 

tusschen

 

mijlen

 
mijzelven
 

ongelukkig

 
gestarnte
 
Trouwens
 

waarde

 

vriend

 

volstrekt


schreden

 

scherpe

 
elkander
 
keerden
 

verlaten

 
patronen
 

maakte

 

geduchten

 

indruk

 

rechts


kreupelbosch

 

vreeselijk

 
Tevreden
 

Daarna

 
ondanks
 
zelven
 

Kapitein

 

tijger

 
eensklaps
 

weerklonk