FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174  
175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   >>  
en in de geheele vallei is er niemand die iets meer van haar weet dan ik! Is ze een vreemde, is ze een Hindoesche, men heeft het nooit kunnen te weten komen!" Balao Rao dacht een oogenblik na en vroeg toen: "Wat doet die vrouw?" "Ze komt, ze gaat," antwoordde de Gound, "en leeft alleen van aalmoezen. Men heeft in de gansche vallei een soort van bijgeloovigen eerbied voor haar. Meermalen heb ik haar in mijn eigen pal ontvangen. Zij spreekt nooit. Men zou haast denken, dat ze stom was en 't zou me niet verwonderen of ze is het. 's Nachts ziet men haar wandelen met een harsachtigen, brandenden tak in de hand. Ook kent men haar niet anders dan onder den naam van de "Dwalende Vlam!" "Maar," zei Balao Rao, "als die vrouw den pal van Tandit kent, zou ze er wel eens kunnen terugkomen terwijl we er wonen, en gevaarlijk voor ons kunnen worden?" "Dat nooit," antwoordde de Gound. "Die vrouw is niet recht bij haar verstand, hare oogen zien zonder te weten wat ze zien, hare ooren hooren niet wat ze meenen te hooren, haar tong kan geen woord meer uitspreken! Ze is als een blinde, een doove, een stomme voor al de dingen van het dagelijksch leven. Ze is krankzinnig en een krankzinnige is een doode, die in 't leven blijft!" De Gound had met de aan de Hindoes der bergen eigenaardige taal het portret geschilderd van een vreemd schepsel, zeer bekend in de vallei, "de Dwalende Vlam," der Nerbudda. Het was een vrouw, wier bleek, nog schoon gelaat, verouderd en niet oud, doch zonder eenige uitdrukking, noch den oorsprong, noch den leeftijd aanduidde. Men zou gezegd hebben, dat hare verwilderde oogen zich voor het leven des geestes gesloten hadden bij een of ander vreeselijk tooneel, dat zij "inwendig" bleven zien. Dit argeloos schepsel, van haar verstand beroofd, had een goede ontvangst bij de bergbewoners genoten. Krankzinnigen zijn voor de Gounds, gelijk trouwens voor al de wilde volkeren, heilige wezens, die een bijgeloovige eerbied beschermt. De Dwalende Vlam werd dan ook, overal waar zij zich vertoonde, gastvrij ontvangen. Geen pal, die de deur voor haar sloot. Men voedde haar wanneer zij honger had men bereidde haar een rustplaats als zij uitgeput van vermoeienis neerviel, zonder een woord van dank te verwachten, dat haar mond niet meer kon uitspreken. Hoelang duurde dat bestaan? Van waar kwam die vrouw? Op welk tijdstip was zij in Goudwana verschenen? 't Zou moeilijk geweest zijn het juist te zeggen. Waarom wandeld
PREV.   NEXT  
|<   150   151   152   153   154   155   156   157   158   159   160   161   162   163   164   165   166   167   168   169   170   171   172   173   174  
175   176   177   178   179   180   181   182   183   184   185   186   187   >>  



Top keywords:
Dwalende
 

vallei

 

kunnen

 

zonder

 

verstand

 

ontvangen

 

schepsel

 

uitspreken

 

hooren

 
eerbied

antwoordde

 

geestes

 

gesloten

 

verwilderde

 

hadden

 

vreeselijk

 

tooneel

 
hebben
 
Goudwana
 
tijdstip

verschenen

 

gezegd

 

schoon

 

gelaat

 

verouderd

 

wandeld

 

Waarom

 

leeftijd

 
geweest
 

aanduidde


oorsprong
 
uitdrukking
 

eenige

 
zeggen
 
moeilijk
 
bleven
 

overal

 

Nerbudda

 
vertoonde
 
bijgeloovige

beschermt
 

verwachten

 

neerviel

 
gastvrij
 
rustplaats
 

voedde

 

wanneer

 

bereidde

 

vermoeienis

 

uitgeput