FREE BOOKS

Author's List




PREV.   NEXT  
|<   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73  
74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   >>   >|  
ten luid. Ravenschoot was inderdaad zulk uitgestrekt goed, dat het alleen den rijkdom van een ridderlijk huisgezin kon uitmaken. Terwijl men nog bezig was met Eobrecht om zijne vrijgevigheid te roemen en hij betuigde dat hij, zooveel het hem mogelijk was, alles wilde inspannen om zijne vrouw gelukkig te maken en vereerd te zien, naderde da knaap die tot dan bij de deur had gestaan. [Illustratie: ... Robrecht hief het hoofd op. (bladz. 64)] "Heer", zeide hij tot Van Woumen, "er is een ridder in de zaal; hij verlangt u te spreken." "Ik heb nu geenen tijd", mompelde Rijkaard ontevreden. "Verzoek hem na den middag te willen wederkeeren." De knaap trok de schouders op, als wilde hij betuigen dat zulke boodschap moeilijk was. "Wie is dan deze ontijdige bezoeker?" vroeg zijn meester. "De hofraadsheer Tancmar Van Straten", was het antwoord. Mher Rijkaard stond met verrassing op. "Tancmar? 's Graven raadsheer?" herhaalde hij. Zou hij waarlijk van het leger teruggekeerd zijn? Zeker, hij brengt belangrijk nieuws.... Nu, Aldegunda, blijf intusschen met onze jongelieden nog wat kouten. Ik keer zoo spoedig mogelijk tot u weder." Deze woorden sprekende, begaf hij zich naar den Steen en trad in eene groote zaal, waar hij een reeds bejaarden ridder, die hem met bewijzen van vriendschap te gemoet kwam, de handen hartelijk drukte. Na de eerste grotenissen gewisseld te hebben, zeide Rijkaard: "Zoo, zoo, mher Tancmar, gij zijt terug van den oorlog?" "Niet voor goed, vriend Van Woumen", was het antwoord. "Ons leger blijft nog te Atrecht; maar de graaf komt overmorgen naar Brugge." "Onze graaf komt overmorgen te Brugge?" "Ja. Op mijn verzoek heeft hij mij met Walter Van Lokeren afgezonden om zijnen voornamen leenhouders de tijding zijner komst te brengen; want hij verlangt met plecht te worden onthaald, om reden dat eenige Fransche ridders hem zullen vergezellen, onder anderen de jonge Willem van Normandie, 's konings gunsteling. Gij zult niet nalaten, mher Rijkaard, onzen graaf te gemoet te gaan?" "Zeker niet; ik zal mijnen plicht als trouw vazal met blijdschap vervullen. Maar hoe komt het dat gij zoo onverwachts uit Frankrijk terugkeert? Is de oorlog ten einde?" "De vrede is gesloten." "En zal onze heer graaf nu voor goed in Brugge blijven?" "Nog niet. Hij zal insgelijks te Yperen eene plechtige intrede doen en keert dan onmiddellijk weder naar het leger.... Maar zeg mij, mher Van Woumen, ik heb
PREV.   NEXT  
|<   49   50   51   52   53   54   55   56   57   58   59   60   61   62   63   64   65   66   67   68   69   70   71   72   73  
74   75   76   77   78   79   80   81   82   83   84   85   86   87   88   89   90   91   92   93   94   95   96   97   98   >>   >|  



Top keywords:

Rijkaard

 

Tancmar

 

Woumen

 

Brugge

 

verlangt

 

gemoet

 

ridder

 

oorlog

 

overmorgen

 
antwoord

mogelijk
 

blijven

 

blijft

 
Atrecht
 

verzoek

 

gesloten

 
vriend
 

plechtige

 
eerste
 

grotenissen


gewisseld
 

drukte

 

handen

 

hartelijk

 

hebben

 

Walter

 

Yperen

 

intrede

 

onmiddellijk

 

insgelijks


terugkeert

 

Willem

 

vervullen

 
blijdschap
 

onverwachts

 

anderen

 

nalaten

 
gunsteling
 

konings

 
plicht

Normandie
 
mijnen
 

vergezellen

 

zullen

 

leenhouders

 

tijding

 

zijner

 

voornamen

 
zijnen
 

Lokeren