et middelwoord de l weglaat, om u die in de
beide andere zooveel te zwaarder toe te wegen. Het rijst raauw genoeg op
de lucht,--het is eene onwaarheid bovendien, want de eene soort van
visch evenaart de andere nooit,--en echter heb ik er nimmer het
voorhoofd om gefronsd, laat staan er om dood willen zijn; een geheel
ander verlangen wordt er bij mij levendig door. Wie heeft niet hooren
vertellen, dat die visch meest des nachts gevangen wordt, en wie, die
het zoomin als ik ooit zag, onthoudt zich, bij de plotseling opgewekte
gedachte, van den wensch, zulk een vangst bij te wonen? Het schuitje,
--de visschers,--het want, spaarzaam, grillig, afwisselend verlicht;
--om u heen de roerloosheid van den nacht, maar aan boord al de
behendigheid van de winzucht;--en, tegenstelling die boven en beneden
niet onaardig toetst, als gij neerblikt, de rosse schijn eener lantaarn,
als gij opziet, eene enkele, tien, twintig, duizend, millioenen
sterren, die de duisternis des hemels zwichten doen;--wat dunkt u, zendt
gij den voorbijganger, aan wien gij die afwisseling van ideeen hebt dank
te weten, nog eene verwensching na? Waartoe echter zou ik het voorbeeld
verder uitspinnen, als viel er op uwe fantasie weinig te vertrouwen, als
hadde ik er niet voor het grijpen, waarbij schilderiger stoffaadje past?
Welaan--maar eerst een paar uitzonderingen, ten einde ik in geene
onbedingde lofspraak der straatkreten vervalle. Er zijn ergerlijke onder
die uitroepingen--en och! dat Bilderdijk deze van de Haagsche had
uitgemonsterd!--er zijn er bij de Amsterdamsche, die u de haren te berge
doen rijzen, niet enkel om den klank, maar ook, maar vooral om der
verbeelding wille: "_Beerzen binnen de garneelen!_" krijscht u niet
enkel door merg en been, en "_rapen as kinderhoofies!_" doet u niet
louter om den temerig gerekten uitgang pijnlijk aan; beide
overdrijvingen wekken zoo velerlei weerzin op, dat ik dien onmogelijk in
eenen volzin uiten kan. Ichtyoloog of niet, u stuit dat dooreenhaspelen
van zout- en zoetwatervisch; het verbijstert schier iedere voorstelling
van het verblijf van den eenen en den anderen gevinde. Rapen zijn een
der oudste geregten ter wereld, en doen u ons bestuur onwillekeurig
mannen toewenschen, als de Romeinsche Republiek er in de dagen van haren
eenvoud en harer grootheid voortbragt, maar hoe vurig ge, bij vrijer
uitstellingen, meer onafhankelijkheid van geest wenscht, die voor minder
behoeften veil is, denk er eens aan, als die ongeluk
|